Volgens president Erdoğan heeft Turkije ISIS en de Koerdische militie YPG verdreven uit het grensgebied met Syrië. Daarmee zouden de belangrijkste doelen die Turkije zich gesteld had gerealiseerd zijn.
Vorige week vielen door Turkije gesteunde milities van de Free Syrian Army (FSA) Syrië binnen. Volgens Turkije was het offensief bedoeld om ISIS te verdrijven en te voorkomen dat het YPG het door ISIS achtergelaten gat op zou vullen. ISIS trok zich vrijwel zonder verzet te bieden terug uit de stad Jarablus en het YPG werd door de VS bedankt voor bewezen diensten en verzocht zich terug te trekken achter de Eufraat. Het YPG beweert dat ook gedaan te hebben, maar volgens Erdoğan bevinden zich nog steeds troepen van het YPG ten westen van de Eufraat. In hoeverre dat een opmaat is voor een hernieuwd offensief tegen de Koerdische militie – voor Turkije waarschijnlijk een belangrijker doelwit dan ISIS – zal ongetwijfeld snel duidelijk worden.
Het YPG is de belangrijkste – en met afstand meest effectieve – bondgenoot van de Amerikanen in hun strijd tegen de jihadistische terreurorganisatie. Turkije daarentegen heeft de militaire successen van het YPG met lede ogen aangezien. De Turken zien het YPG als het Syrische filiaal van de Koerdische bevrijdingsbeweging PKK, die in het zuidoosten van Turkije actief is. Een de facto zelfstandige Koerdische enclave in het noorden van Syrië staat de Turken als een nachtmerrie voor ogen.