Bijstand – de toekenning ervan, de voorwaarden ervoor – is steeds meer een ander woord aan het worden voor dwangarbeid en intimidatie. Van dwangarbeid is sprake omdat mensen voor die bijstand vaak arbeid moeten verrichten zonder arbeidscontract en bijbehorende rechten. Van intimidatie – soms van serieuze dreiging met geweld – is sprake als mensen die zulke dwangarbeid verrichten proberen daarover te praten met solidaire mensen, en als die solidaire mensen proberen protest en verzet tegen de dwangarbeid proberen te stimuleren.
Laten we bij de dwangarbeid beginnen. Het zit zo. Je vraagt bijstand aan, je krijgt bijstand toegekend, na uitvoerig doorlichten van allerlei gegevens over inkomen en arbeidsvermogen en dergelijke. Eenmaal in de bijstand, word je te werk gesteld. Anders gezegd, je bent baanloos, en je wordt te werk gesteld – maar financieel gezien ben je nog steeds baanloos, want je krijgt geen loon maar bijstand. De tewerkstelling houdt in dat je werk verricht voor commerciële bedrijven, soms rechtstreeks, soms via orders die deze bedrijven plaatsen in een werkplaats die in Leiden bijvoorbeeld participatiecentrum heet. Je werkt dus, onvrijwillig, zonder zelfs maar een keus te hebben over werkplek of aard van het werk. Je werkt zonder arbeidscontract, tegen aanzienlijk minder dan het minimumloon. Het is dwangarbeid in de strikte zin van het woord.
………. (Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via: Ravotr
Ik sprak vandaag met iemand over de vraag of het wel een goed idee is om ‘arme kinderen’ een speciaal pasje te geven, zoals nu in Utrecht gebeurt. Ik ben het van harte eens met de opvatting dat die kinderen gratis of met korting toegang moeten krijgen tot allerlei voorzieningen, maar mijn vraag was: moet dat nou met een pasje? Is dat niet stigmatiserend voor die kinderen?
Het antwoord dat ik kreeg, schokte mij zeer. Het kwam erop neer dat ‘al die bijstandtrekkers wél roken en een auto hebben, maar dan zeggen dat ze geen geld hebben voor hun kinderen.’ En daarom, lieve lezer, zou het volgens mijn gesprekspartner heel verstandig zijn om zo’n pasje te geven, want daar kunnen de ontaarde ouders ten minste geen drank of sigaretten voor kopen.
Natuurlijk begon ik dat allemaal zeer heftig tegen te spreken. Maar ik schoot geen donder op, want (daar komen de aanhalingstekens weer): ‘Die mensen hoeven geen huur te betalen, en al hun eten wordt ook betaald, en dan krijgen ze nog 40 euro zakgeld per week, ook!’
Huh? Ik vroeg me af over wie het ging. Maar vooruit: verder.
‘Ja, er ZIJN natuurlijk wel mensen die buiten hun schuld in de bijstand zitten, maar het is echt niet erg als die paar goeien onder de slechten moeten lijden.’
Ik ben nu behoorlijk misselijk en erg moe. De treiterij, en vooral de enorme vooroordelen, leven dus al bij heel wat mensen die ik voor verstandiger hield.
‘Ja, er ZIJN natuurlijk wel mensen die buiten hun schuld in de bijstand zitten, maar het is echt niet erg als die paar goeien onder de slechten moeten lijden.’
Neo-liberalisme in een notendop.
Ja, zo werkt de rechtse strategie. Onderlinge solidariteit afbreken tot op het bot, verdeel en heers.
Heel triest, maar nauwelijks verbazingwekkend in een land dat kans zag 335 jaar lang mensen in eigendom te hebben en die onbetaald te laten werken op plantages in “hun” koloniën.
@4, Scherp opgemerkt…en volkomen juist…