Het Nationale Comité 4 en 5 mei is weer bezig. Ditmaal met een nieuw plan voor de dodenherdenking. Maar nog steeds met de oude fouten. De ergste: op 4 mei op de Dam ook veteranen van ná de oorlog herdenken. Ook die uit Indië, met van die bloedspatten op hun uniformen. O ja, kleinigheid: de tern fascisme staat er ook nergens in, Maar let u niet op mij.
Van wie is de dodenherdenking op 4 mei eigenlijk? Het antwoord zo simpel, dat ik het zelf had kunnen bedenken: van de doden uit de oorlog. Voor hen hebben familieleden, vrienden en bewonderaars vlak na de oorlog een herdenking bedacht en in 1956 een monument opgericht. Puur voor hen alleen.
Zoals er talloze monumenten bestaan voor slechts één gebeurtenis, persoon of één idee: het Vrijheidsbeeld in New York, Churchills beeld bij het Britse parlement, het Hiroshimamonument in Hiroshima, het Indiëmonument in Den Haag, ‘De verwoeste stad’ en het Koopvaardijmonument, allebei in Rotterdam. Niemand is nog ooit op het idee gekomen het Koopvaardijmonument uit te breiden met slachtoffers van hondenbeten. Maar op de Dam gebeurt zoiets wel. Daar zijn opeens veteranen uit andere oorlogen erbij geplakt.
Het is nooit goed de bestemming van een monument te veranderen omdat dan de geschiedenis gaat wringen. En er komt dan wéér discussie over, wat juist bij het monument op de Dam niet de bedoeling is. Niet dat het NatCom dat heeft vermeden – denk aan het SS-gedicht uit 2012.
Van wie is de dodenherdenking in ieder geval niet? Van het nationaal comité 4 en 5 mei. En waarom dan niet? In de eerste plaats omdat er al een stel eigenaren zijn, die alleen nogal zwijgzaam zijn geworden.
Recht op herdenking verspeeld
In de tweede plaats heeft het comité door misbruik het recht op de herdenking verspeeld. Want het comité heeft rare groepen erbij gesmokkeld. Zoals de Indië-gangers. Die werden tussen 1947 en 1950 naar Indië gestuurd om daar de vrijheid niet te bevechten, maar juist te onderdrukken. Precies het tegendeel van wat de doden van het monument deden.
En dat ging in Indië net zo weinig zachtzinnig als de nazi’s, of beter de SS-ers dat in Nederland deden: ontrechting, terreur, marteling, moord, natuurlijk ook op burgers. En niet op enkele geïsoleerde plekken maar regelmatig. De schatting is dat ‘onze jongens’ tussen de 40.000 en 100.000 dodelijke slachtoffers hebben gemaakt. Westerling alleen al in Soerabaja en omgeving 4.000, Rawagede alleen al 431 mannen.
Er is nog een ongepaste groep: de Korea-veteranen. Onder hen waren Nederlandse SS-ers, die daarheen werden gestuurd om zo hun paspoort terug te verdienen. Dat waren ze na de oorlog opeens kwijt. Maar het is toch echt teveel gevraagd om op 4 mei op de Dam ook SS-ers te gaan herdenken.
Dan volgt een hele rij namen van veteranen uit verre landen. Daar werden ‘onze’ jongens, intussen een beroepsleger, heen gestuurd om meestal puur politieke redenen. Omdat het beroeps zijn, weten zij dat zoiets kan gebeuren, en tijdens zo’n uitzending krijgen zij bovendien drievoudige soldij. Het is hun gegund.
Maar ze zijn daar in Afghanistan, Cambodja, Libanon, Irak – de lijst is lang – niet geweest om het belang van het Nederlandse volk te dienen, maar om de bevelen van hun generaals, of beter: van de dienstdoende minister of het kabinet uit te voeren. De bebaarde bergbewoners in Afghanistan hebben voor zover bekend, Nederland namelijk nog nooit aangevallen, ze hebben namelijk de wens en de middelen niet, als ze al weten waar ons land ligt.
Wat daar bovendien exact gebeurde is meestal onduidelijk en het is vaak ondoenlijk om de goeden en de kwaden duidelijk te scheiden. Dat is eigenlijk het belangrijkste punt: de oorlogen na 1945 zijn altijd ongelofelijk omstreden geweest vergeleken met WO2 – een enorme meerderheid van de Nederlandse bevolking was in de oorlog slachtoffer van de nazi’s en stond daarom in WO2 aan de geallieerde kant.
En dan is er nog Srebrenica. Er bestaan ongeveer 7.000 redenen om Srebrenica niet te gaan herdenken op 4 mei.
Bezwaren weggewoven
In 2013 spraken een paar zeer betrokken organisaties, de morele erfgenamen van de stichters van het monument, een glashelder veto uit over opname van allerlei naoorlogse veteranen in de herdenking. Dat zijn de Nederlandse Raad van Kerken, de Joodse gemeenschap en de groep Islam en Overheid. Ook groepen van slachtoffers hebben dat uitgesproken: ook zij willen een ‘zuivere’ herdenking: het Internationaal Dachau Comité, de vriendenkring Mauthausen, de vriendenkring Neuengamme, de AFVN/Bond van Antifacisten.
Al eerder heeft ook het gecombineerd voormalig verzet duidelijk gesteld dat er op 4 mei alleen slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog herdacht moeten worden. Maar dat veto werd hooghartig door de overheid, door het comité, van tafel geveegd. Op de argumenten werd niet ingegaan. Nou, dan niet. Dan moet het maar anders opgelost worden.
Het comité is een instelling van de overheid. Die probeert ons om onduidelijke reden het idee door de strot te douwen dat alle ‘veteranen’ er om wat voor rare reden dan ook, eveneens bij horen op 4 mei. Nee dus. Je moet gestorven zijn in de oorlog – dé oorlog, dat is de Tweede Wereldoorlog – om op de Dam herdacht te worden.
De veteranen hebben al twee dagen: rond 29 juni, de verjaardag van de zeer omstreden prins Bernhard, ooit lid van de Reiter-SS, wijdwipper en geldsmeerder in de Lockheed-affaire, en om wat voor reden dan ook nog een dag op of rond 28 maart in Roermond, speciaal voor de Indië-gangers, mét eigen monument. Lijkt me gezellig, met rijsttafel na. Daar krijg je vermoedelijk heel veel tijd om het op te eten, daar zwijgt natuurlijk iedereen als het graf…
Arthur Graaff
Bijschrift: enkele gevangengenomen Indonesiérs in 1947 of daaromtrent – exacte plaats en datum onbekend. Opvallend is dat de Indonesiërs broodmager zijn – ze hadden een enorme hongersnood achter de rug, waarbij 3 miljoen landgenoten omkwamen. Maar voor onze jongens geen reden om het lachen te staken… zie ook de biografieën van Poncke Princen of Joop Hueting.