Terwijl Braziliaans president Temer van het ene corruptieschandaal in het andere tuimelt, sprak afgezet ex-president Dilma Rousseff met DemocracyNow! over de echte redenen waarom zij werd afgezet.
“Mijn afzetting was in werkelijkheid een coup d’état, want ik heb geen enkel misdrijf gepleegd dat tot afzetting kon leiden. Ik zie drie redenen waarom ik moest afgezet worden. Een eerste reden is de diepgewortelde vrouwvijandigheid in de Braziliaanse maatschappij. Ik was de eerste vrouw die tot president werd verkozen.”
“Je ziet dat voortdurend in de manier waarop over vrouwen wordt geschreven in de politiek. Vrouwen zijn ‘hard’ en ‘ongevoelig’. Mannen zijn ‘sterk’ en ‘gevoelig’. Hardwerkende vrouwen zijn ‘obsessief’ en ‘dwangmatig’. Mannen zijn gewoon ‘harde werkers’. In die algemene sfeer tegen vrouwen werden al die vooroordelen gebruikt om me aan te vallen.”
“Een tweede reden (voor mijn afzetting) is dat de coupplegers van de PMDB (de partij van haar vice-president Michel Temer, die in 2014 nog in een coalitie met de Arbeiderspartij PT van Rousseff en Lula samenwerkte) en van de PSDB wilden verhinderen dat de corruptieonderzoeken tot bij hen zouden doordringen.”
“Wij (de PT met Lula en Rousseff) hebben vier verkiezingen op rij gewonnen, met een programma dat regelrecht inging tegen de sociale inleveringslogica in de VS en Europa. Wij hebben 86 miljoen Brazilianen uit de armoede gehaald. Voor de coupplegers was een staatsgreep de enige manier om die cyclus te doorbreken, het was ook de enige manier voor hen om de sociale programma’s stop te zetten.”
(Lees verder bij de bron van dit artikel)