Tja, naderende verkiezingen, hoe gaan we daarmee om? Kernpunt: ze bieden niet de weg naar het soort rechtvaardigheid en bevrijding die we nodig hebben. Het punt is daarbij niet dat het niets uitmaakt hoe de uitslag uitpakt. Het maakt soms wel uit. Het punt is evenmin dat de verschillende regeringen inwisselbaar zijn, dat er geen verschillen tussen zijn die er op één of andere manier toe doen. Die verschillen zijn er soms wel. Het punt is dat een fixatie op verkiezingen geen weg baant naar een wezenlijk rechtvaardiger maatschappij, maar die weg juist helpt te blokkeren door energie weg te zuigen van ons sterkste wapen: zelforganisatie, autonome strijd gepaard aan radicale kritiek.
Verkiezingen betekenen dat we onze politieke bazen mogen kiezen. Als anarchist streef ik echter een maatschappij zonder bazen na, op welk vlak dan ook. Niet omdat ik geen verschillen zie tussen bazen onderling. Wie wel eens loonarbeid (heeft) verricht voor méér dan één bedrijf of instelling, weet donders goed dat de ene baas de andere niet is. De ene is lomper en asocialer dan de ander. De één houdt nog wat minder rekening met het personeel dan de ander. Maar het zijn wel allemaal bazen, allemaal mensen die jou vertellen wat je moet doen en vervolgens beschikken over de resultaten van jouw werk. Die verhouding van baas tot knecht – in bedrijfsleven, maar ook in de politiek – is in de kern onderdrukkend. Die verhouding wil ik helpen opdoeken en vervangen door vrijwillige samenwerkingsverbanden van mensen die elkaar als gelijken bejegenen. Dat is het doel.
Het verkiezen van de ene baas boven de andere staat haaks op dat doel. Het kiezen van de ene partijchef boven de andere onderstreept immers de onvermijdelijkheid van bazen als zodanig, en geeft het daarmee het bestuurlijke bazensysteem – ‘de politiek’, preciezer gezegd, de staat in haar democratische jasje – een stempel van goedkeuring. Je geeft tegelijk je zeggenschap weg aan anderen die boven jou staan. Met die weggegeven zeggenschap wordt bovendien niet alleen jijzelf bestuurd en gecommandeerd, maar ook een ander. Waar haal ik het recht vandaan om niet alleen mijn eigen baas te helpen kiezen, maar ook die van jou?! Waar en wanneer heb jij mij daar toestemming voor gegeven?
Bovenstaande afwegingen maken wat mij betreft verkiezingen niet alleen tot een vrij nutteloos instrument voor de soort veranderingen die we nodig hebben. Ze laten ook zien dat stemmen voor politici iets illegitiems heeft, een onaanvaardbare vorm van machtsuitoefening, niet alleen van anderen over mij maar ook van mij over anderen impliceert.
Dat radicale mensen om tactische redenen soms toch hun stem uitbrengen – bijvoorbeeld in een desperate poging om te voorkomen dat de PVV de grootste partij wordt, of om tenminste één openlijk antiracistisch politicus de Tweede Kamer in te krijgen – is niet het grootste drama. Maar als radicaal-linkse mensen van verkiezingsdeelname een Groot Ding gaan maken, zelf campagne gaan voeren voor een partij en dergelijke, dan wordt het echt problematisch. Rond Artikel 1, de partij die Sylvana Simons gelanceerd heeft nadat ze uit Denk stapte, zie je dat enigszins gebeuren. Dat baart mij zorgen. (Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: ravotr