De beste gitarist van Nederland en omstreken: Stochelo Rosenberg

Voor mijn verjaardag kreeg ik een boek over Stochelo Rosenberg, lead gitarist van het Rosenberg Trio. Begin jaren negentig hoorde ik voor het eerst van het Rosenberg Trio, hun tweede album “Gypsy Summer” was het eerste werk dat ik van hen leerde kennen. Hun allereerste album, “Seresta”, klinkt echter wel iets puurder. Die was slechts op twee sporen en in twee dagen opgenomen, maar dat is ook alles wat je nodig hebt met drie fantastische muzikanten, twee gitaren en een bas, als de geluidstechnicus weet wat-ie doet.

De muziek van het Rosenberg Trio is sterk geïnspireerd door de stijl die Django Reinhardt uitgevonden heeft met zijn Hot Club de France in de jaren dertig. Maar, net als Django zelf, heeft ook het Rosenberg Trio zich buiten die stijl bewogen. In het boek kun je lezen dat Stochelo ook nog wel heel andere dingen zou willen proberen, maar zich tegelijkertijd verplicht voelt om het publiek ter wille te blijven. En dan niet zozeer commercieel heb ik de indruk, hij voelt zich verplicht omdat hij zonder dat publiek niet zou spelen. Hij voelt zich in dienst staan van het publiek, in zekere zin. Een bewonderingswaardig bescheiden standpunt voor een dermate begaafd muzikant. Ook Django Reinhardt kreeg problemen toen hij meer bebop wou gaan spelen, haalt Stochelo aan.

Ik denk dat het zelfs voor niet-gitaristen geldt, maar ik kan u verzekeren dat je als gitarist echt elke keer hélemaal met je kin op de grond staat te luisteren en kijken als je Stochelo bezig ziet. Het is prachtig gevoelig en ongelooflijk virtuoos. Overigens geldt dit ook voor zijn begeleiders, zijn neven Nous’che (slaggitaar) en Nonnie (bas), die in de snelle nummers een ongelooflijk hoog en strak tempo weten te handhaven.

Dit is een nummer van hun fantastische optreden op het North Sea Festival uit 1994, met tevens een fabelachtige percussiesolo van Eddie Conard:

Het stuk dat erop volgt, Sevilla, laat zien hoe de Rosenbergs ook buiten de Django swingstyle kunnen stappen, geïnspireerd op de flamenco.

Hier ook nog een recent concert, nu met Stochelo’s jongere broer Mozes op slag- en ook sologitaar, met een compositie van Django Reinhardt van na de oorlog.

Mozes Rosenberg zie je trouwens hier gecoached worden (die met dat lange haar) door niemand minder dan Joe Zawinul van Weather Report. Die jongens spelen absoluut verbluffend voor hun leeftijd, maar mooi om te zien hoe Zawinul ze naar hun niveau behandelt en ze nog een niveau hoger probeert te tillen. Zawinul stond niet bekend als een makkelijke bandgenoot, maar houdt hier een mooie balans tussen bewondering voor die jonge, begaafde muzikanten en toch kritisch blijven.

Kijk, er zijn meer gitaristen in die stijl die een hoog niveau bereiken, maar geen ervan speelt naar mijn weten met de precisie en helderheid van Stochelo, zoals zijn neef Nonnie zegt in eerder genoemd boek. Stochelo is eenvoudigweg een gitarist van absolute wereldklasse. Ik denk wel de beste van Nederland ooit (altijd moeilijk te zeggen, want muziek is een medium en niet één kunstvorm;  maar binnen wat ik ken vind ik hem ongenaakbaar) en een van de beste ter wereld.

Opgegroeid op een woonwagenkamp bij Nuenen, niet ver van waar ik woon. En ik denk dat hij op zijn minst deels vanwege die omstandigheden, die Sinti-cultuur, muzikaal uitgegroeid is tot wat hij is. Diploma’s zijn er wat minder belangrijk zeg maar, dus heb je meer tijd voor mooie dingen. Dat klinkt romantisch, maar je moet daar dan wel echt verdomd goed in worden wil je ervan kunnen bestaan, anders wordt het tobben. Maar dat is Stochelo dus gelukt.

(Foto: By Fest Jazz – Own work, CC BY-SA 4.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=47583052)