China: stagnerende groei, rellen en stakingen

China is een immens land met een bevolking die ruim meer dan een miljard mensen omvat. Neoliberalen zullen daarvan kwijlen: wat een gigantische interne markt. Verder wordt het dictatoriaal geregeerd (wat neoliberalen niet zal deren) door een communistische partij, die nochtans de neoliberale economie omarmt – inderdaad, het kan verkeren… Een tipje van de Chinese sluier wordt opgelicht door het boek met de titel Wanneer in China een vlinder met zijn vleugels klapt… de toelichtende ondertitel luidt: Stagnerende groei, toename van rellen en stakingen. De redactie en vertalingen zijn van Fredo Corvo (een pseudoniem).

Een kernvraag binnen het kader van de kwesties die de auteur van het boek bezighoudt, is: wanneer ontwaakt de wereldbevolking uit de neoliberale droom van de wereldwijde vooruitgang en welvaart. Na veertig jaar neoliberaal heersen, is de vervuiling van de wereld (‘te land, ter zee en in de lucht’) nog nooit zo groot geweest. Kennelijk in een optimistische bui verkerend citeert de auteur iemand, die opmerkt: ‘We zijn getuigen van een nieuwe cyclus van de strijd; onze tijd is een tijd van rellen’ (Jason E. Smith, 2012). In het boek wordt van hem overgenomen: ‘Van Guangzhou tot Cairo is duidelijk dat er iets ontwaakt’. Het is in het licht van dit optimisme dat de auteur een historisch overzicht geeft om als uitkomst van dat overzicht de verzetsmogelijkheden er tegen toe te lichten.

De auteur wijst op ontwikkelingen in China betreffende de ‘proletarisering’, waarbij de Chinese arbeidersklasse een verandering ondergaat. Het mag dan een land zijn geregeerd door de Chinese Communistische Partij (CCP), maar het kenmerkt zich met een stevig verankerde Chinese klassenhiërarchie van bureaucratische kapitalisten. Inmiddels bestaat een belangrijk deel van de nieuwe arbeidersklasse uit…interne gastarbeiders (afkomstig van het platteland – zonder toegang tot staatsdiensten als onderwijs, werkloosheidsverzekering, enzovoort, in de gebieden waar zij werken).

Gelet op het geschetste beeld heeft, volgens de auteur, de industriële ontwikkeling in China tot golfbewegingen geleid, met effecten op allerlei lagen in de Chinese samenleving. Zo hebben verstedelijking en aantasting van het milieu geleid tot protesten tegen grondonteigening, overmatig gebruik van natuurlijke hulpbronnen en industriële vervuiling, naast een gigantisch toenemende arbeidsonrust. Voorlopig blijkt voor mij hier nog niet uit, dat er sprake is van rellen met een ander karakter dan elders. In het boek komen we dan ook – en ik vermoed terecht – bijvoorbeeld verwijzingen tegen naar veranderde grootschalige industriële conglomeraten in plaatsen als Detroit (USA) of Noord-Italië. Die leveren rel-gevoelige situaties op. Is dat met stakingen anders?

Lees verder bij de bron. Libertaire Orde

Meer hierover op de site Arbeidersstemmen

Engelstalig blog van Chuang.