Mijn stembureau ligt in een voormalige rosse buurt. De eerste keer dat ik daar kwam was toen ik dertig jaar geleden eens terugfietste van een bezoek aan een vriend, die daar in de buurt woonde. Ik dacht nog “wat staat die dame daar op de stoep naar mij te zwaaien, ken ik die?” maar naderbij gekomen (het was al donker) werd mij een en ander duidelijk. Nou ja, ik was nog jong en onbedorven. Kort daarna werd tippelen daar verboden.
Tegenwoordig is die buurt helemaal gerenoveerd, inclusief de wel degelijk nog steeds daar gevestigde sexclub annex erotheek ‘met privé-cabines’, die dus ook in een keurig, splinternieuw pand is gevestigd.
Op het stembureau zelf was het bijzonder rustig, ondanks dat het lunchtijd was.
Ik loop af en toe door die buurt naar de supermarkt, maar wel alleen als het goed weer is. Het plein waaraan die supermarkt ligt geeft je op zaterdag het idee dat je je in aanzienlijk exotischer oorden bevindt vanwege het eveneens exotische publiek dat er te vinden is. En omdat ik er dus vooral met goed weer kom wordt die indruk dan nog eens versterkt.
Vandaag merkte ik daar overigens weinig van, op één donkere mevrouw in een lang gewaad met een kinderwagen na die mij vriendelijk goedendag zei. Iets dat helemaal niet normaal is in een grote stad buiten je eigen wijk, dus dit was weer eens een typisch geval van slechte integratie. Misschien dat ze dat nog afleert in de komende vier jaar, als de zittende regering toch een meerderheid haalt in de Eerste Kamer.