Albert Heijn moet de Lutkemeer met rust laten

Om de Lutkemeerpolder, in het westen van Amsterdam, woedt al jaren een felle slag. Het stadsbestuur wil er een industrieterrein van maken. Buurtbewoners en duizenden sympathisanten willen de polder en zijn – deels biologische – landbouw en natuur behouden. Nu is de naam bekend van het concern dat er een distributiecentrum zou willen vestigen, hoewel het bedrijf en de verantwoordelijke GroenLinks-wethouder dat met alle middelen geheim wilden houden om de tegenstanders geen kans te geven om zich te verzetten. Het betreft AHOLD, het concern dat eigenaar is van Albert Heijn, Etos, Gall & Gall en Bol.com en sinds 2016 met Delhaize is gefuseerd, die ook supermarktketens in de VS en elders bezit. Maar waarschijnlijk gaat het distributiecentrum vooral de winkels van Albert Heijn bedienen.

Ahold zou een reserveringsovereenkomst hebben getekend voor een stuk van 5,5 ha in de Lutkemeerpolder, om daar een distributiecentrum te bouwen. Dit blijkt uit documenten die via een WOB-procedure losgekregen werden. De naam van het concern was weggelakt, maar op een plake in de reserveringsovereenkomst waren ze dat vergeten.

De Amsterdamse gemeenteraad had geëist dat er daadwerkelijk een koper zou zijn, voordat er met bouwwerkzaamheden zou worden begonnen. Dit om te voorkomen dat er een industrieterrein zou worden aangelegd waarvan een groot deel van de kavels leeg zou blijven staan, zoals in het aanpalende 1e bedrijvenpark Lutkemeer.

Maar Ahold heeft nog geen definitief koopcontract gesloten. Nog in februari deelde GroenLinks wethouder Marieke van Doorninck mee dat de ondertekening uitgesteld werd tot tenminste juli 2021.

Na de onthulling van de naam vroeg de lokale Amsterdamse zender AT5 Albert Heijn om een reactie en een woordvoerder van het bedrijf verklaarde een woordvoerder van het bedrijf dat “nog wordt er nog gekeken of er daadwerkelijk gebouwd gaat worden”. Er zou nog geen echt besluit genomen zijn: “Albert Heijn onderzoekt de mogelijkheden om daar een logistiek punt te plaatsen. Het gaat op dit moment dus om een verkenningsfase.” Dit is volledig in tegenspraak met de verzekering van wethouder Van Doorninck, die al twee jaar beweert dat er echt een koper is en dat er elk moment een definitieve koopacte gesloten zal worden. Ook de projectontwikkelaar van de gemeente, SADC, verklaarde dat in juni 2019 (!) tegen de rechter in Haarlem, toen deze moest besluiten of groenttuintjes van actievoerders ontruimd zouden mogen worden om bouwwerkzaamheden te beginnen.

Buurtbewoners en sympathisanten eisen al sinds de eerste plannen voor een industrieterrein opdoken, begin 2000, dat de Lutkemeerpolder behouden blijft voor natuur en biologische landbouw. Het is ook een belangrijk gebied voor het tegengaan van klimaatverandering. Zij hebben een ‘plan biopolder’ ontwikkeld als tegenhanger van het ‘zoveelste uitzichtloze project vol ongewenste grijze dozen’.

De voorstanders van behoud van de Lutkemeerpolder hebben de naam van het concern op vrijdagmiddag om 16:30 bij de Stopera bekend gemaakt en zijn meteen met ruim honderd mensen en veel lawaai naar de meest dichtstbijzijnde vestiging van Albert Heijn getrokken. Daar hebben ze een korte symbolische blokkade uitgevoerd, om duidelijk te maken wat het concern te wachten staat als ze zich achter het karretje van Groenlinks en de rest van de coalitie blijft laten spannen. “We gaan overal actie voeren en eisen dat ze met hun handen van de Lutkemeerpolder afblijven” verklaarden actievoerders daar voor de deur. “Ahold heeft nu de kans om te laten zien dat ze echt hart heeft voor de kleintjes, en voor het klimaat. Biologische aardappelen komen daar uit de grond, niet uit een vliegtuig op Schiphol.” Flyers doken al snel ook in andere Albert Heijn-vestigingen in Amsterdam op, evenals in Haarlem en Utrecht.

Er zijn voor komende weken al meerdere acties aangekondigd, bij vestigingen op diverse plekken in de stad en elders in het land, en bij het hoofdkantoor in Zaandam. “We gaan daarmee door tot de boodschap bij Ahold aangekomen is; AH has to Go uit de Lutkemeerpolder”.