Extreemrechts is bezig aan een opmars in Europa. Franz Schäfer, een Oostenrijkse blogger, legt uitmuntend de vinger op een zere plek: het democratisch deficit in de EU is wellicht de voornaamste boosdoener. Gewone Europese burgers hebben geen kans te begrijpen wie de schuld heeft aan een slechte beslissing: is het partij X of partij Y? Voor hen bekende nationale politici verschuilen zich achter Brussel met een beroep op politieke onmacht om de ene na de andere neoliberale dwangmaatregel door te voeren. Maar wie bepaalt die in Brussel? Dat is volkomen duister. Dan zullen mensen het systeem op zich de schuld geven en dat is precies wat extreemrechts aangrijpt.
Wrang is dat extreemrechts gelijk heeft in de systeemkritiek. Nationale politici uit het extreme midden zitten in een ratrace naar het putje. Landen voeren een concurrentiestrijd om bedrijven en daarmee werkgelegenheid binnen hun grenzen te houden. Daarom worden belastingen voor bedrijven verlaagd en standaarden voor milieu en werkomstandigheden ‘gemoderniseerd’, et cetera. Dit gevecht op weg naar de hel kan alleen stoppen met behulp van een beslissingsstructuur op een hoger niveau. Maar niet geheel toevallig is de EU dus opgezet als een democratische doolhof.
De enige kans om niet extreemrechts in het zadel te helpen en uit de doolhof te geraken is een beweging die democratisering van Europa als speerpunt poneert, maar niet als enige optie heeft. Voor dat laatste bestaat er al langer dan de EU zelf de Unie van Europese Federalisten. Aan de andere kant zijn traditionele organisaties als vakbonden en politieke partijen van Europees links, noch een organisatie als Attac erin geslaagd een Europees netwerk van activisten te creëren. DiEM25 lijkt nu wel de noodzakelijke kapstok te kunnen bieden met participanten uit verschillende politieke groeperingen en platforms. Een belangrijke taak voor deze beweging in de komende tijd is de ontwikkeling van een coherent gedachtegoed waar activisten met diverse achtergronden zich minimaal in kunnen vinden.