Een kijkje op de Rotterdamse Afrikaandermarkt

NAi OAC – freehouse from victor-zorro on Vimeo.

Hoewel de “markteconomie”, ook genoemd “de vrije markt”, in Nederland officieel op handen gedragen wordt moet men vooral niet denken dat iedereen zomaar kan aanschuiven bij een markt. Daar zijn wetten, regels en verordeningen en speciale noodverordeningen voor! Op de Afrikaandermarkt in Rotterdam Zuid zijn samenscholingen verboden, u begrijpt: hierdoor wordt de veiligheid bevorderd. Drie of meer mensen zijn een samenscholing. Als de samenscholers doorlopen, in beweging blijven, dan mag dat weer wel. En zo, zou je kunnen zeggen, ontstaat beweging.

Een stal mag vijf meter breed zijn. Niet korter, niet langer. Van “Brussel” mag binnenkort vis niet meer op ijs gehouden worden. De koelwagens die daardoor verplicht worden zijn 6,1m lang. Niks mee te maken, uw stal is vijf meter en daarmee basta. En zo zijn er vele regeltjes die er om vragen overtreden te worden.

Jeanne van Heeswijk hield gisteravond 5 juli een inleiding in vrijplaats De Valreep in Amsterdam over het project Freehouse in Rotterdam-Zuid, geconcentreerd op de Afrikaandermarkt. Vijf dagen in de week een desolate vlakte die herinnert aan de reëel-socialistische gezelligheid van Oost-Europa van vroeger. Twee dagen per week Freehouse beoogt de radicalisering en het (opnieuw) lokaal maken van de Afrikaandermarkt en hiervoor moeten nog wel eens regels doorbroken worden. Of, “moeten” – het gebeurt in het algemeen moedwillig. “Radicalisering” dient men hier in de etymologisch-letterlijke zin te lezen: aansluiting bij de wortels van degenen die er wonen of werken.

Freehouse pleegt naar eigen zeggen interventies die klaarblijkelijk deel uitmaken van onderwijs. Van Heeswijk moest “bekennen” dat het gesubsidieerd wordt. Er nemen vijfenveertig mensen aan deel.

Als uitgangspunt wordt een reeds bestaand model gehanteerd en zal worden onderzocht hoe dit model kan worden vertaald naar de actuele en lokale situatie van Rotterdam. Het bestaande model is het zogenaamde ‘Free House’ of ‘Freihaus’. Het is een middeleeuws en barok model dat dient als speciale plek voor ‘buitenstaanders’ als erkenning voor hun positieve bijdrage aan de publieke ruimte en de cultuur in algemene zin. Het Freehouse biedt plaats aan een groep sociale en culturele ‘buitenstaanders’ die niet over de gangbare middelen beschikken om deel te nemen aan het politieke en sociale leven maar die wel actief zijn binnen een soort alternatieve economie.

De site van Freehouse.

Veel van wat Jeanne van Heeswijk te zeggen had ging in tegen wat Willem Schinkel, de andere spreker van 5 juli, in zijn spraakmakende boeken betoogt. Schinkel boog echter aimabel mee en bracht geen fundamentele punten ter tafel ten aanzien van het project Freehouse.
Willem Schinkel komt apart aan de orde, is het hier al meer geweest inmiddels.