Rosenthal deinst niet terug voor een leugen als het over Israel en de mensenrechten gaat

Minister Rosenthal van buitenlandse zaken, die er geregeld blijk van geeft dat hij zijn kritische vermogen vrijwel terug schakelt naar de nulstand zodra Israel ter sprake komt, heeft eigenlijk geen probleem met het feit dat Israel over de jaren heen duizenden mensen in ‘administratieve detentie’ heeft gehouden. Ook het feit dat er op dit moment ruim 300 mensen op een dergelijke wijze zonder vorm van proces worden vastgehouden, waaronder 24 gekozen leden van het Palestijnse parlement, laat hem koud. Dit nieuwe bewijs dat mensenrechten en internationaal recht er niet zoveel toe doen in het geval van Israel, blijkt uit de beantwoording van vragen die Mariko Peters, Tweede Kamerlid voor GroenLinks hem in februari stelde. Hieronder een paar van de vragen met daarbij de antwoorden die de minister op 10 mei naar de Kamer zond: 

Vraag 3
Klopt het bericht van de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem dat de Israëlische autoriteiten eind 2011 307 Palestijnen in administratieve detentie vasthielden, een stijging van 40% ten opzichte van een jaar eerder? 1)

Antwoord
In het afgelopen decennium is het aantal administratief gedetineerde Palestijnen in Israël drastisch afgenomen van 1.007 in 2003 tot 307 in 2011. In 2010 bedroeg het aantal 204.

Vraag 4
Kent u de cijfers van B’Tselem 2) wat betreft de gemiddelde duur van de detentie periode? Vindt u deze gang van zaken stroken met de fundamentele normen van een eerlijk proces? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 5
Is het waar dat Palestijnse administratieve gevangenen nooit worden geïnformeerd over de precieze aanklacht en van het bewijs dat aan de basis van die aanklacht ligt, waardoor het voor hen onmogelijk is om effectief in beroep te gaan tegen het bevel? Vindt u deze gang van zaken stroken met de fundamentele normen van een eerlijk proces? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 6
Is het waar dat, indien er sprake is van beroep, het Hooggerechtshof uitspraak doet op basis van geheime informatie die niet toegankelijk is voor de advocaat van de betreffende gedetineerde? Klopt het dat in zo goed als alle gevallen, het Hooggerechtshof de administratieve detentie bevestigt? Vindt u deze gang van zaken stroken met de fundamentele normen van een eerlijk proces? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 7
Deelt u de mening van Amnesty International en Human Rights Watch dat de administratieve detentie zoals uitgevoerd door Israel een onwettige maatregel is? Zo nee, kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 4 t/m 7
Op basis van het internationaal recht is detentie om dwingende redenen van veiligheid, zonder dat dit samenhangt met een strafrechtelijk proces, geoorloofd als een uitzonderlijke maatregel. Een dergelijke detentie dient conform internationaalrechtelijke waarborgen te worden uitgevoerd, zonder willekeur. De EU dringt aan op naleving van deze waarborgen. Het in beroep kunnen gaan tegen een besluit tot veiligheidsdetentie is een belangrijke internationaalrechtelijke waarborg.
De Israëlische wet staat deze vorm van administratieve detentie toe. Het komt voor dat het Hooggerechtshof de administratieve detentie ongegrond verklaart.

Commentaar van Abu Pessoptimist: Het is opvallend dat Rosenthal alle specifieke vragen uit de weg gaat. Wat vindt van de gemiddelde duur duur van de administratieve detentie? Geen antwoord. Vindt u de gang van zaken stroken met de fundamentele normen van een eerlijk proces? Geen antwoord. Is het waar dat Palestijnse administratieve gevangenen nooit worden geïnformeerd over de precieze aanklacht en van het bewijs dat aan de basis van die aanklacht ligt, waardoor het voor hen onmogelijk is om effectief in beroep te gaan tegen het bevel? Geen antwoord. Deelt u de mening van Amnesty International en Human Rights Watch dat de administratieve detentie zoals uitgevoerd door Israel een onwettige maatregel is? Geen antwoord.

Wat de minister WEL doet is dat hij, de rechtstreekse vragen ontwijkend, zijn eigen mening geeft over de administratieve detentie. Die is, zegt hij,  ‘op basis van het internationaal recht om dwingende redenen van veiligheid, zonder dat dit samenhangt met een strafrechtelijk proces, geoorloofd als een uitzonderlijke maatregel’. En  ‘Een dergelijke detentie dient conform internationaalrechtelijke waarborgen te worden uitgevoerd, zonder willekeur.’

Waar het om gaat in dit geval, is dat Israel de administratieve detentie helemaal niet als een ‘uitzonderlijke maatregel onder internationalrechtelijke waarborgen en zonder willekeur’ toepast, maar gewoon als routine. De  minister weet dat natuurlijk ook donders goed, maar hij doet wat dat betreft net alsof hij gek is. Laten we bijvoorbeeld kijken wat de Israelische mensenrechtenorganisatie B’tselem over administratieve detentie opmerkt:

According to international law, administrative detention can be used only in the most exceptional cases, as the last means available for preventing danger that cannot be thwarted by less harmful means. 
Israel’s use of administrative detention blatantly violates these restrictions. It is carried out under the thick cover of privilege, which denies detainees the possibility of mounting a proper defense. Over the years, Israel has administratively detained thousands of Palestinian for prolonged periods of time, without prosecuting them, without informing them of the charges against them, and without allowing them or their attorneys to study the evidence, making a mockery of the protections specified in Israeli and international law to protect the right to liberty and due process, the right of defendants to state their case, and the presumption of innocence.

Dus: alleen in de meest uitzonderlijke gevallen, als een laatste mogelijkheid om gevaar af te wenden dat niet niet op een andere manier kan worden ingedamd. Maar Israel heeft deze restricties aan zijn laars gelapt, duizenden voor langere periodes vastgezet zonder ze te vertellen wat de aanklacht inhield, zonder hen of hun advocaten de gelegenheid te geven het bewijs te zien, waarmee het land een lachertje maakte van de voorzieningen in de Israelische en international wetten die het recht op een behoorlijk proces vastleggen, dan het recht van verdachten om hun zaak te bepleiten, en het uitgangspunt dat verdachten onschuldig zijn tot het tegendeel is bewezen.
Kortom: Rosenthal lult maar wat.

En dan nog dit:

Vraag 13
Hoeveel Palestijnse parlementsleden zitten op dit moment in Israëlische gevangenschap? Hoeveel van hen worden in administratieve detentie vastgehouden? Hoeveel van hen beschouwt u als politieke gevangene, op basis van welke criteria?

Antwoord 
Er bevinden zich 27 Palestijnse parlementsleden in hechtenis, waarvan 24 in administratieve detentie. Betreffende parlementsleden zijn volgens Israël allen gedetineerd vanwege directe betrokkenheid bij terroristische activiteiten, niet vanwege hun politieke overtuiging.

Commentaar van Abu Pessoptimist: Dit is niets anders dan een botte leugen van Rosenthal. Die mensen zitten niet vast om hun politieke overtuiging??? ook Rosenthal weet wel beter. Ze zitten vast omdat ze lid zijn van (of geaffiliëerd met) Hamas. Israel noemt Hamas een terroristische beweging en zegt vervolgens doodleuk dat die parlementariërs betrokken zijn bij terroristische activiteiten omdat dat nu eenmaal is wat Hamas volgens Israel doet. Als Rosenthal deze hasbaristische redenering  zonder meer overneemt, maakt hij zich schuldig aan liegen, oftewel het verstrekken van onjuiste informatie aan het parlement. Dat is een parlementaire doodzonde. Ministers die willens en wetens liegen, behoren naar huis te worden gestuurd.

Verscheen eerder op abu-pessoptimist. Auteur: Martin Hijmans.

1 gedachte over “Rosenthal deinst niet terug voor een leugen als het over Israel en de mensenrechten gaat”

  1. Tja, de joden -waaronder dus minister Rosenthal- geloven zelf dus door God te zijn uitverkoren en de rest, de tweederangs níet-uitverkorenen dus, kunnen vragen wat ze willen maar hebben niet eens recht op een antwoord dus moeten slechts luisteren of is dat niet duidelijk…??

Reacties zijn gesloten.