De laatste decennia weten zuidelijke grassen ons land steeds beter te vinden. Ze zijn beter bestand tegen langdurige hitte en droogte en profiteren daarom goed van de mediterranisering en verdringen inheemse grassen. En dat zie je aan veranderingen in de grasvelden in onze tuinen en in agrarisch grasland. Wat verandert er en hoe kunnen we hiermee omgaan? Is water sproeien nog een duurzame optie?
Bruine grasvelden en kale plekken; we zullen het steeds vaker zien als gevolg van langdurige hitte en droogte. Een deel van onze inheemse grassen kan hier niet goed mee omgaan en zal lokaal afnemen of verdwijnen. De vrijgekomen plekken worden veelal ingenomen door plantensoorten die zijn aangepast aan extreme hitte en droogte. Denk hierbij aan planten met een lange penwortel zoals Wilde cichorei, Gewoon biggenkruid en Jakobskruiskruid. Dit zijn vaak de enige groene planten in een verder verdorde vegetatie. Ook eenjarige planten met een snelle levenscyclus gedijen uitstekend op deze open plekken in de vegetatie. Is het je opgevallen dat er veel meer Paarse dovenetel en Zachte ooievaarsbek groeit dan jaren geleden? Een nadeel van eenjarige soorten is dat ze alleen vroeg in het jaar kunnen groeien en bloeien, daarna overleven ze als zaad en zijn de kale plekken gewoon weer terug.
- Lees ver bij de bron
– Uitgelichte afbeelding: Door Agnieszka Kwiecień (Nova) – Eigen werk, CC BY-SA 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=238422