Eten tot het op is

De monocultuur van gewassen op het land zorgt ook voor een monotoon menu op ons bord. Tarwe, melk, suiker, varkensvlees, aardappelen en sojaolie vullen onze boodschappenmandjes. Ondertussen verliezen we diversiteit in alle gewassen die de wereld voeden, en daarmee ook biodiversiteit in de natuur.

Dankzij de Groene Revolutie tussen 1960 en 1980 namen de opbrengsten van graangewassen, zoals rijst en tarwe, enorm toe. Dat was het gevolg van veredelingsprogramma’s en de toepassing van bestrijdingsmiddelen en kunstmest. Ook in Nederland was er na de Tweede Wereldoorlog een enorme ontwikkeling in de landbouw, onder het motto ‘Nooit meer honger.’ Het duurde niet lang of ook de keerzijde werd zichtbaar: de negatieve effecten op het milieu, de concentratie van macht in grote zaad- en agro-food-bedrijven, afhankelijkheid van irrigatiewater en de verdrijving van lokale rassen. Die ontwikkeling is zo doorgeschoten dat we, ook in Nederland, twee derde van onze calorieën uit nog maar negen planten- en diersoorten halen.

  • Lees verder bij de bron