Een bevriende docent vroeg ergens in de jaren negentig aan een gezelschap doctoraalstudenten politicologie of ze überhaupt wisten wat “macht” is.
Hij werd aangestaard met holle blikken en niet lang daarna gaf hij de universiteit op bij de zoveelste zeurvraag: “moeten we dat leren voor het tentamen?” Dit was nog lang voordat studenten konden jammeren dat ze zich niet veilig voelden als klant.
De beoogde breinverkleining, (mind dimishing), had al toegeslagen.
Ik was als eerstejaars eenvoudig toegerust met een korte maar krachtige definitie van macht. Invloed is het vermogen het gedrag van anderen te veranderen. Macht is invloed die afgedwongen kan worden. Robert A. Dahl, Modern political analysis.
Zoals alle definities in de sociale wetenschappen is het meer een omschrijving dan een duidelijke afbakening, die in het woord definitie besloten ligt. Maar zulks geldt vooral in de sociale wetenschappen (en niet te vergeten de theologie: Un dieu défini est un dieu fini), in de wiskunde, natuurwetenschappen en zeker ook in het recht dient men duidelijke definities te hanteren.
Breinverkleining, ik ken het begrip uit Baran & Sweezy’s Monopoly capital, waarin beuzelachtige praatjes ter sprake komen die voor wetenschap moeten doorgaan (een Japanse dissertatie over het doen van de afwas bijvoorbeeld), en dan hebben we het over bijna zestig jaar geleden. De klassieke wetenschappen zijn bij elkaar geveegd en het is vooral zaak om bedrijfskunde en management te studeren. Hoe belangrijk het is je bureau leeg achter te laten en geen vaste plaats op kantoor te hebben.
Geloer naar de sterren, daar kopen we niks voor (hoorde ik van een hooggeplaatste PvdA-er).
flexibiliteit, excellentie, governance, efficiëntie, doelmatigheid, behendigheid, monitoren, precariteit, liquiditeit, rentabiliteit, traceerbaarheid
De Franse schrijfster Sandra Lucbert inventariseert de Lingua Capitalismi Neoliberalis, Thom Holterman citeert haar in zijn recent verschenen Groene kernenergie en andere valse concepten. Het idee is gebaseerd op de Lingua Tertii Imperii van Victor Klemperer, de Taal van het Derde Rijk. Wie de macht heeft, heeft de macht tot definiëren en daarmee door taalgebruik de kijk op de werkelijkheid te vormen. Je hebt “sociale partners” in plaats van “werkgevers en arbeidersorganisaties”. Je hebt heel veel instroom, in de AOW, de dienovereenkomstig opgeheven WAO en Bijstand, en niet te vergeten “asielzoekers”, die al naar gelang de positie op de rechterflank als “tsunami” aangeduid kan worden. De mens is zelf liquide, vloeibaar.
Een van de grootste ingebouwde leugens van het taalgebruik is het vertoog over duurzaamheid, dat moet verhullen dat de groei die het neoliberale laatkapitalisme vooropstelt, wel door kan gaan. Duurzame groei, en inmiddels door het Europarlement vastgesteld: kernenergie als duurzaam, en “duurzaam” wordt al gauw “groen”. Macron heeft het in Frankrijk gehanteerd, Thoms boek verschijnt net voordat Rutte IV besluit twee nieuwe kerncentrales te plannen bij Borssele, in overstromingsland Zeeland. Ze moeten in 2035 klaar zijn en hun op koloniaal extractief gewonnen grondstoffen gebruiken en de ten eeuwigen dage verdoemende opslag die er aan te pas komt. Met het centraal stellen van deze leugen plaatst de schrijver zich in een inmiddels beproefde anarchistische traditie.
Het is van groot belang de maatschappijkritiek nu tevens aan te vatten op het niveau van het taalgebruik. Thom Holterman doet dit mede aan de hand van Franse auteurs die makkelijk over het hoofd gezien zullen worden in Nederland omdat kennis van de taal inmiddels verdwenen is. Belangrijk, zeker waar de concrete levende mens uit het spraakgebruik gewist wordt (“Human resource management” – IK BEN GEEN GRONDSTOF!)
– Thom Holterman, Groene kernenergie en andere valse concepten. Utrecht: Kelderuitgeverij, 2022. 64p, €9,50.
– Uitgelichte afbeelding: Door Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, CC BY-SA 4.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=24139925