Portugal kleurt (licht)rood

Portugal blijft een land van wonderen.
Ja, de neofascisten van Chega zijn gegroeid bij de verkiezingen van gisteren, ze zijn de derde partij geworden met 7%. En een iets nettere ultrarechtse oartij, Iniciativa Liberal, met 5% de vierde. Maar vergelijk dit met Nederland nu en dan valt er niets te zeggen ten nadele van Portugal, waar mensen van boven de vijftig nog ervaring hebben met een fascistisch regime. Het vaccin van 25 april 1974 lijkt uitgewerkt, ook als men de electorale onverschilligheid (42% niet opgekomen) er bij in ogenschouw neemt.

Maar dan. De Partido Socialista – ooit opgericht door Mário Soares in goed overleg met Washington, om de communistische oppositie tegen het regime concurrentie te bieden – is de grootste partij geworden, met 42% van de stemmen, goed voor een absolute meerderheid in de Nationale Assemblee. In het West-Europa van nu een ongekende weelde voor de linkerzijde. De communisten en SP-achtigen (Bloco de Esquerda), die de regering hadden laten vallen vorig jaar, kunnen nogal omstandig hun wonden likken. Hun opportunisme is die partijen fataal geworden.

Anderzijds: de bergplaats voor oud-fascistisch rechts, vermomd als christen-democraten, is helemaal weggevaagd. De zusterpartij van de Partij voor de Dieren (Pessoas-Animais-Natureza, PAN) heeft het toch net weer gehaald. Misschien kan premier Costa met die partij zaken doen, en anders – het verhaal gaat al – toch welwillend met de verslagen linkerzijde. Een coalitie met rechts is niet nodig en zou contraproductief zijn.

De PS heeft in alle kiesdistricten behalve Madeira de meerderheid van de afgevaardigden. ook dit is uniek in de Portugese geschiedenis.

Bron

  • Uitgelichte afbeelding: By Arno Mikkor (EU2017EE) – Tallinn Digital Summit. Welcome dinner hosted by HE Donald Tusk. Handshake, CC BY 2.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=80192109