Donderdag 7 januari is Hijn Bijnen overleden op de Intensive Care in Paramaribo, waar hij sinds 1993 woonde.
In Nederland was hij – een woord dat hij net zo min zou willen horen als ik – activist. Voor een Provo-achtige “situatie” in zijn geboortestad Oss. Als lid van de Bond van Dienstweigeraars, die werd omgezet in Bond voor Dienstplichtigen. Als Kabouter en ambassadeur van de Oranje Vrijstaat bij Amsterdam, zoals de vijf raadsleden van Amsterdam Kabouterstad oorspronkelijk genoemd werden. Als lid van de Aktiegroep Nieuwmarkt (nog zoiets: was dat een club “met leden”?) Als voorzitter van het behoorlijk activistische Wijkcentrum D’Oude Stadt (waar ook wij van Krapuul dank aan verschuldigd zijn, wat ik niet ga uitleggen). En vanaf 1993 als fotojournalist te Paramaribo, onder andere voor de Ware Tijd, die hem mooi uitluidt.
Hier een tijdlijn van zijn werkzame leven.
Zijn raadslidmaatschap heeft hij na raadpleging van de eigenlijk niet meer bestaande achterban van de Oranje Vrijstaat (“Inspraak” sneerde een aanwezige) alsnog afgestaan voor een hernieuwd raadslidmaatschap van Roel van Duijn. Ik kende hem van de afdeling Amsterdam van de Federatie van Vrije Socialisten, die – maar dat heb ik pas veel later echt begrepen – voortgekomen was uit de Oranje Vrijstaat, het Amsterdamse Kabouterland, of was het landelijk? Of hij verder betrokken was bij Koffiebar Roodmerk, dat in toenemende mate in de jaren zeventig het trefcentrum voor actievoerend/krakend Amsterdam was, herinner ik mij eerlijk gezegd niet meer. Hij was er wel vaak.
We begrepen elkaar geloof ik niet, dus ik zal zo eerlijk zijn te zeggen dat we niet goed met elkaar konden opschieten. Ach, het doet er niet meer toe.
Het is niet eerlijk dat het leven bekroond of beloond wordt met de dood, maar zo is het – doodgaan aan Het Virus, zoals Hijn, doet extra oneerlijk aan.
Rust in vrede, Hijn.
– Foto uit het album van Hedwig de la Fuente, via Facebook