De Westoever is helemaal niet bezet, hij wordt gekoloniseerd

Wij spreken gewoonlijk over ‘de door Israel bezette westelijke Jordaanoever’. Die terminologie is echter onjuist. Een bezetting veronderstelt tijdelijk te zijn, iets dat na het sluiten van een vredesverdrag wordt opgeheven. Deze bezetting duurt echter al 53 jaar en een vredesverdrag lijkt onwaarschijnlijker dan ooit. Bovendien is de deze ‘bezetting’ niet statisch, maar wordt geleidelijk steeds meer grondgebied afgenomen van de oorspronkelijke bewoners en opgeslokt door Israel. Het karakter van het gebied verandert daarbij navenant. De historicus Ilan Pappé schreef onlangs dat daarom niet zou moeten worden gesproken van een bezetting maar van van ”settler colonialism’. In plaats van de bezetting zouden we daarom moeten spreken van de ”gekoloniseerde Westoever”.

Ik moet zeggen: Pappé heeft me overtuigd. Hij baseert zich bij zijn conclusie voor een deel op een artikel van Patrick Wolfe, ‘Settler colonialism and the elimination of the native’ (Kolonisatie en het elimineren van de inheemse bevolking). Wolfe maakt daarin onder meer vergelijkingen tussen de diverse processen van kolonisatie in de USA ten opzichte van de Indianen, in Australië met betrekking tot de Aboriginals, en het Zuid-Afrika van de Apartheid jegens de zwarten. De vergelijkingen zijn verrassend. De overeenkomsten tussen het stap voor stap voortschrijden van de ‘overname’ van Amerika en Australië, waarbij de ”inheemsen” steeds meer werden teruggedrongen, met wat er gebeurt op de Westoever is treffend. Wel wordt daar overigens op minder grote schaal gemoord dan in deze landen. Ook de vergelijking met het racisme van Zuid-Afrika snijdt hout, al meent Wolfe dat op de Westoever de  tendens al niet meer richting Bantoestans gaat, maar meer richting ‘reservaten’ voor Palestijnen. Een citaat van Theodor Herzl uit ”Der Judenstaat” dat Wolfe aanhaalt is in zekere zin een sleutel tot wat er plaatsvindt. Herzl schreef:

Als ik een nieuw gebouw wil in de plaats van een oud gebouw moet ik eerst slopen voordat ik ga bouwen.

Herzl’s citaat is nog steeds actueel. Slopen is iets wat de Israelische autoriteiten op grote schaal hebben gedaan. In het Israel binnen de Groene Lijn werden sinds 1947-48 ruim 500 Palestijnse dorpen  vernietigd, waarna Israelische kibbutzim, dorpen of bossen hun plaats innamen. Ook werden flinke gedeelten van steden als Haifa en Jaffa gesloopt (in Jaffa’s geval 2/3 van de stad) en kreeg een groot aantal plaatsen een nieuwe naam. Op de Westoever gebeurt iets vergelijkbaars. Volgens de Verenigde Naties (het Bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Activiteiten) zijn er sinds 2009, het jaar waarin de VN begon het bij te houden, een kleine 7.000 Palestijnse gebouwen op de Westoever gesloopt, waarvan alleen al dit jaar 568. Bij deze vernielingen  werden tot nu toe 10.702 mensen dakloos. Een bericht als het volgende (van vorige week) herinnert ons eraan dat ook het bouwen intussen steeds maar voortgaat. En zoals Vrede Nu meldt, betreft het niet alleen nieuwbouw in gebied binnen de in het begin van deze eeuw gebouwde Muur die door de Palestijnen de ”Apartheidsmuur” wordt genoemd:

The Higher Planning Council of the Israeli Civil Administration approved 4,948 settlement units in a couple dozen plans on 14 and 15 October 2020. 

Among these 4,948 units, 2,260 were approved for deposit (first major stage) and 2,688 were approved for validation (second and often final major stage). Virtually all units (except 2) will be in areas Israel may have to evacuate in the context of a two-state solution (calculation based on the Geneva Initiative lines).

These approvals official make 2020 the highest year on record in terms of units in settlement plans promoted since Peace Now began recording in 2012. The count so far is 12,159 units approved in 2020, with the possibility for another HPC meeting for another round of approvals before year’s end.

Wolfe maakt in zijn artikel ook de vergelijking tussen het overnemen van grond door de kolonisatoren en het elimineren van (genocide plegen op) de oorspronkelijke bewoners. In het geval van Apartheid-Zuid-Afrika ging dat niet op. De Zuidafrikaanse economie kon niet zonder de zwarten en ontnam hen dus alleen rechten en zette hen apart. In de VS was een manier om de Indianen te verjagen hen als jagers te bestempelen die immers niet sedentair waren en dus minder rechten konden doen gelden op hun grond. Wolfe noemt in dit verband ook dat het vernielen van akkers, boomgaarden of oogsten. Immers dat onderstreepte dat de eigenaars geen succesvolle boeren waren die het land konden bewerken als de blanken. In het geval van de Cherokee, ten westen van de Missisippi, die geciviliseerd waren ging dat niet op. Zij werden eenvoudig met geweld verjaagd, hun vee en oogsten werden gestolen en hun huizen verbrand.

Vanzelfsprekend was in het geval van de VS en Australië sprake van genocide. Het recht van Indianen (of van Aboriginals die als wilden werden gezien) op grondgebied – en dus op een eigen wijze van leven – werd volledig ontkend en er werd op grote schaal gemoord. Maar genocide houdt niet altijd alleen moorden in. Er bestaat ook zoiets als ”culturele genocide”, waarbij de overheersende groep de identiteit van de onderliggende groep zodanig ontkent en met geweld zijn stempel drukt op leefpatronen en uiterlijke kenmerken dat van de onderliggenden weinig overblijft. En inderdaad – zonder dat Wolfe dat al te expliciet zegt – veel van zijn beschrijvingen zijn zonder meer op Israel van toepassing.

– Ook verschenen bij Abu Pessoptimist