Over valse geruststelling en verkeerde verwachtingen

Via verkiezingen valt er weinig fundamentele verandering te verwerven. Wie fascisten wil tegenhouden, klimaatrampen wil keren, wie stevige stappen wil zetten richting sociale rechtvaardigheid, gelijkwaardigheid, solidariteit, duurzaamheid… die heeft betere wapens ter beschikking dan dat machteloze verkiezingsbiljet of die krachteloze stemcomputer. Je kaarten op verkiezingen zetten kan zelfs averechts werken in de strijd.

Verkiezingsuitslagen hebben echter wel betekenis. Je kunt er aan zien welke kant mensen op willen, hoe de stemming onder de bevolking is, en hoe die verschuift. Een stem voor linkse partijen brengt de doelen van die partijen niet noodzakelijk dichterbij. Maar ze laat wel zien dat mensen die doelen ondersteunen. En sommige van die doelen hebben linkse stemmers gemeen met buitenparlementaire radicalen. Met dat in het achterhoofd is het de moeite waard om naar de uitslagen van de onlangs gehouden Europese verkiezingen te kijken. Dan zien we een paar belangwekkende en verontrustende dingen.

Rechts in opmars

Er is allereerst de groei van hard, deels rechtstreeks fascistisch, rechts.(1) De uitslagen zijn in dat opzicht niet half zo geruststellend als ze wel worden gepresenteerd. Ga maar na. Ruim 34 procent voor de Lega in Italië, de racistenclub van minister van binnenlandse zaken Salvini. Die is feitelijk zo’n beetje de sterke man van het land, want van andere bewindspersonen hoor je weinig. Weet jij bijvoorbeeld uit het hoofd hoe de premier van het land heet? Precies, dat bedoel ik. Die Lega van Salvini regeert al een tijdje, en het openlijk, vaak openlijk gewelddadige, racisme tegen vluchtelingen en Roma grijpt om zich heen. Dat zo’n club groeit als ze de oppositiepartij kan uithangen, is erg genoeg. Dat z’n club succes blijft boeken ook als ze regeert en domineert, is beklemmend. Italië is geen fascistische staat: er is nog geen fascistisch regime dat zich heeft geconsolideerd. Italië heeft wel een door fascisten gedomineerde regering die de staat en minstens het beleid naar haar racistische hand zet. Mensen staan er bij en kijken ernaar.

Dan hebben we Frankrijk. Daar is het fascistische Rassemblement National van Marine Le Pen qua percentage de grootste partij geworden, iets groter dan de regeringspartij van Macron. Deze positie hebben de fascisten verworven vanuit de oppositie, in tegenstelling tot de Italiaanse Lega-fascisten. Le Pen heeft met enig succes in weten te spelen op de anti-regeringsstemming zoals die via de Gele Hesjes tot uiting kwam. Gezien echter de breedte en diepte van die woede, kunnen we gelukkig ook vaststellen dat heel veel Gele Hesjes en sympathisanten van Le Pen al net zo weinig moeten hebben als van Macron. Anders was Le Pen niet op ruim 23 procent uitgekomen, maar op het dubbele. Die 23 procent zijn echter angstaanjagend genoeg.

Andere uiterst rechtse uitslagen zijn iets minder dramatisch. In Duitsland komt de AfD rond de 11 procent. In Oostenrijk valt de Vrijheidspartij een paar procent terug, maar niet zo veel als je gezien het recente omkoopschandaal in die partij zou kunnen verwachten. In Denemarken nam het aantal stemmen voor de Deense Volkspartij zomaar met tweederde af. Mooi, totdat je je realiseert dat minstens tweederde van het racistische beleid dat die partij voorstaat intussen door sociaaldemocraten in regeringsbeleid is omgezet. In Nederland krijgt het Forum voor Democratie vanuit niets opeens drie zetels, maar die Bende van Baudet had – na haar spectaculaire succes bij de provinciale verkiezingen – ongetwijfeld op veel meer gehoopt. Wilders’ PVV viel lekker terug naar nul zetels, dat mogen ze vaker doen (ze krijgen er overigens alsnog één zodra de Britse zetels na Brexit over andere landen worden herverdeeld).

Nu lezen we over al die rechtse ellende hier en daar dat het eigenlijk meevalt, dat de grote doorbraak van de ‘rechts-populisten’ – waarom blijft het zo moeilijk om ze gewoon fascisten te noemen? – wederom uitbleef. ‘Rechtse partijen lieten hun kracht voelen, maar deden het niet zo goed als verwacht’, aldus Aljazeera (2). Ik denk echter dat we onszelf niet moeten gaan bedotten met valse geruststelling. Hoe gefundeerd was die verwachting immers eigenlijk? Wat er eigenlijk gebeurt is het volgende: 1. uiterst rechts groeit al jaren flink; 2. de media anticiperen en extrapoleren en smullen van sensatielust: er komt nog veel meer groei van extreem-rechts aan! Zo ontstaat een hype over de naderende doorbraak, een ‘rechts-populistische golf’, een hype waar mensen in meegaan in een door media volgetoeterde echokamer. 3. de daadwerkelijke groei van extreem-rechts blijft vervolgens iets achter bij de door de media opgeklopte verwachtingen. Opluchting alom.

Maar die opluchting slaat alleen ergens op vergeleken bij die verwachtingen die dus een flinke portie gebakken lucht bevatten. Het is alsof niet alleen de fascisten zelf, maar ook een flink deel van de media, niets liever zien dan mega-uitslagen voor extreem-rechts. Het is niet goed om ons te laten bedwelmen met die verwachting, en het klopt ook niet om opgelucht adem te halen als de uitslag iets lager is dan die verwachtingen. Die uitslagen wijzen nog steeds op gestage groei van fascistisch rechts, of minstens op consolidatie. Reden te over voor verontrusting. Dat het nog erger had gekund is waar, maar niet zeer geruststellend. De trend gaat nog steeds in de verkeerde richting, en die wordt niet gekeerd door opgelucht adem te halen.

Dat de situatie ter rechterzijde niet geruststellend is, geldt nadrukkelijk ook voor Nederland. We zagen de groei van het Forum, en de duikvlucht van de PVV. Die groei bleef achter bij verwachtingen, de duikvlucht overtrof de hoop van menige antifascist. Het is echter zaak om goed te kijken. Waar ging de PVV-stem heen? Niet naar het FvD! Het is dus nadrukkelijk niet zo dat Baudet de bankroete boedel van Wilders compleet overneemt, inclusief diens kiezers. De groei van de één is niet zonder meer de krimp van de ander, al is het onmiskenbaar zo dat de ster van Wilders aan het doven is terwijl Baudet de Nieuwe Leider wordt in het fascistenkamp. Maar het zijn geen communicerende vaten. De NOS: ‘Maar liefst twee derde van de kiezers die twee maanden geleden nog PVV stemden, bleef thuis.’ (3)

Uiterst rechts heeft vaker problemen om haar eigen achterban naar de stembus te krijgen, en bij Europese verkiezingen zijn partijen die te keer gaan tegen de EU natuurlijk extra gevoelig voor thuisblijf-neigingen. Ik vermoed dat ook het Forum daar enigszins last van had. Waarom zou je als PVV-er of FvD-er immers gaan stemmen voor een parlement van een instelling waar je niet bij wil horen? Toch verwierf het Forum dus drie zetels. En die mensen die eerder PVV stemden en nu wegbleven, zijn vast inhoudelijk niet of nauwelijks van mening veranderd.

De aanhang van de twee fascistenclubs leverde die clubs niet enorm veel zetels op, minder dan zij – en de media! – hadden verwacht. Dat betekent echter niet dat die aanhang is gekrompen. De aanhang is alleen voor een wat groter deel niet bij de stembus verschenen. Ga er maar van uit dat dit weer verandert bij verkiezingen die er in ogen van fascistisch rechts iets meer toe doen. Of Baudet er uiteindelijk in zal slagen om de Wilders-mensen naar zich toe te trekken, of dat Wilders er in slaagt zijn project een revival te geven, of dat die mensen een ander kanaal voor hun rancunes vinden, is geen uitgemaakte zaak. Dát die Wilders-mensen niet verdwenen zijn en ook niet verslagen, is van belang. het is niet goed om ons in slaap te laten sussen nu veel van deze mensen weer eens zijn thuisgebleven op verkiezingsdag.

Groen in stembus en meer

Snel naar iets vrolijker zaken! Groene partijen hebben opmerkelijke uitslagen behaald. In Duitsland werden ze zomaar de op één na de grootste partij, met 20,5 procent van de stemmen. Maar ook in andere landen waren de scores aanzienlijk, en dat gold ook voor GroenLinks in Nederland. Naar een reden voor het groene succes hoeven we niet lang te zoeken. De snel gegroeide bezorgdheid rond het klimaat speelt een hoofdrol, vooral het om zich heen grijpende klimaatactivisme. Het Groene verkiezingssucces is te zien als een electorale vertaling van al de klimaatmarsen, scholierenstakingen voor het klimaat, burgerlijke ongehoorzaamheidsacties van bijvoorbeeld Exctinction Rebellion in Londen en andere steden. Nee, veel van de stakende scholieren zijn zelf nog te jong om te mogen stemmen. Maar ze hebben zussen en broers, buren en familieleden die door de scholierenacties niet onberoerd zullen zijn gebleven. En de partijen die in hun verhalen stevig werk maken van het klimaat, wier taal het besef van urgentie weerspiegelt, dat zijn veelal partijen die zich profileren als groen. Zij oogsten aan zetels wat vooral de stakende en rebellerende scholieren hebben helpen zaaien.

Wat die partijen met die electorale oogst gaan doen, is weer een heel ander verhaal. Het groene succes is positief te waarderen, als teken van de wil van heel veel mensen om de klimaatramp nu eens stevig en snel aan te pakken. Maar de groene partijen zullen, precies omdat ze het spel via en binnen de gevestigde politiek spelen, zo’n stevige en snelle aanpak niet waar gaan maken. Dat is geen onwil, althans niet noodzakelijkerwijs. Het is onmacht. De enorme kapitaalsconcentraties rond de exploitatie van fossiele grond- en brandstoffen, de macht van bedrijfstakken als luchtvaart en veehouderij… die zullen zich weinig gelegen laten liggen aan groene leden van het Europese parlement, ook al zijn het er meer dan vroeger.

Als groene kiezers gaan afwachten wat de Klavers van deze wereld gaan doen om de klimaatramp te beteugelen, dan wacht hen een desillusie van formaat. Als ze blij gaan wezen met tot weinig verplichtende documenten zoals de eerder afgelopen week door de Eerste Kamer aangenomen Klimaatwet, dan zijn ze vooral blij met een dode mus, overleden wegens oververhitting en voedselgebrek. Maar waar deze mensen zich samen met steeds meer anderen (blijven) inzetten voor klimaatactie, dan komen we ergens. De goede verkiezingsuitslag voor groene partijen laat zien dat de wil achter klimaatacties er is. Het is nodig om die wil in steeds doeltreffender acties om te helpen zetten. Een goede gelegenheid daarvoor: 20 september, een dag waarvoor een oproep circuleert tot een algemene staking voor het klimaat (4). Die verdient maximale verbreiding en actieve ondersteuning.

Dan nog, om niet al te vrolijk af te sluiten, een afschrikwekkend voorbeeld. Wat gebeurt er als je stemt op een progressieve veranderingsgezinde partij en er op hoopt dat die doet waarvoor je haar steunt? In Griekenland steunden kiezers in 2015 de linkse partij Syriza. Die beloofde een einde te maken aan het bezuinigingsbeleid dat in EU-verband door financiële instellingen werd opgelegd. Nog datzelfde jaar slikte Syriza als regeringspartij de bezuinigingen en de bijbehorende voorwaarden. En bij de Europese verkiezingen van dit jaar kwam daarvoor de electorale rekening. De conservatieven van Nieuwe Democratie werden de grootste partij. Inmiddels heeft de Syriza-premier Tsipras nieuwe verkiezingen aangekondigd (5).

Dat krijg je ervan als je mensen ongefundeerde hoop biedt, en mensen vooral binnen de grenzen blijven denken en doen die verkiezingen en partijpolitiek hen opleggen. Niet voor het eerst bleek het idee dat je voor verandering kon stemmen in de verwachting dat je daarmee die verandering ook kreeg, een tot nachtmerrie verworden droom. Datzelfde lot wacht ook al degenen die denken dat een groene stem voor het klimaat de klimaatramp ook daadwerkelijk gaat keren.

Noten:

1 Zie onder meer ‘European elections 2019: country by country’, BBC, 27 mei 2019; ‘Europa kiest: exit polls en uitslagen’

2 Ylenia Gostoli, ‘Where do the elections leave Europe’s nationalists?’, Aljazeera, 27 mei 2019

3 Ben Meindertsma, ‘Waarom won de PvdA en lieten kiezers de PVV in de steek?’, NOS, 24 mei 2019

4 Zie bijvoorbeeld Naomi Klein, Bill McKibben en anderen, ‘’We’re stepping up – join us for a day to halt this climate crisis’ Guardian, 24 mei 2019

5 ‘Greece’s Tsipras to call snap elections after resounding defeat’, Aljazeera, 27 mei 2019

Ook verschenen bij Ravotr