Volgens het Syrian Observatory for Human Rights (SOHR) heeft de Turkse luchtmacht in de nacht van donderdag op vrijdag eenheden die trouw zijn aan de Syrische president Assad gebombardeerd. Daarbij zijn 17 mensen om het leven gekomen. De aanval vond plaats op een dorpje in de regio Afrin, in het noordwesten van Syrië.
Onder de doden zouden zich 3 leden van de Koerdische militie YPG bevinden. De andere doden zijn volgens het SOHR lid van pro-Assad milities die vorige week op uitnodiging van het YPG Afrin binnen zijn getrokken.
Het Turkse leger geeft geen commentaar op het bericht, maar volgens Turkse media zou er inderdaad een aanval met helikopters zijn uitgevoerd in het westen van Afrin.
Turkse eenheden trokken in januari Afrin binnen om in het noorden van Syrië een bufferzone te creëren. Aanvankelijk verliep de opmars traag, maar inmiddels heeft Turkije het oorspronkelijke doel goeddeels gerealiseerd. De YPG riep Assad te hulp, waarop regeringsgetrouwe milities Afrin binnentrokken. Voor zover bekend bevinden zich geen Syrische regeringstroepen in de regio.
Inmiddels heeft de VN het zoveelste bestand in Syrië uitgeroepen, maar daar vegen zowel Assad als Erdoğan hun achterste mee af. Turkije heeft het bestand verwelkomd, maar acht het niet van toepassing op Afrin. Turkije beschouwt de YPG als een terroristische organisatie. Terroristische organisaties worden uitdrukkelijk uitgesloten van het bestand.
Bron: Reuters