Het Europees Hof van Justitie heeft een klacht van Hongarije en Slowakije over de verplichte verdeling van vluchtelingen over de lidstaten van de EU ongegrond verklaard. Het door de EU ingestelde opnamequotum is volgens het Hof rechtsgeldig tot stand gekomen.
Om Griekenland en Italië te ontlasten namen de Europese Ministers van Binnenlandse Zaken in september 2015 het besluit vluchtelingen te herverdelen over de lidstaten. Naast Hongarije en Slowakije spraken ook Roemenië en Tsjechië zich uit tegen het besluit. Uiteindelijk accepteerden beide laatste landen de beslissing echter, zij het morrend. Hongarije en Slowakije daarentegen stapten naar de rechter. Volgens de regeringen in Boedapest en Bratislava ondergroef het besluit hun nationale soevereiniteit. Beide landen namen ook vrijwel geen vluchtelingen op.
Met name het gedrag van de Hongaarse premier Orbán leidde in Brussel tot veel ergernis. Zo bestond Orbán het de EU een rekening van 400 miljoen euro te presenteren voor de bouw van een hek dat vluchtelingen buiten de deur moest houden.
