De bekroning begin dit jaar van Gianfranco Rosi’s op het Italiaanse eiland Lampedusa gedraaide Fuocoammare tijdens het filmfestival van Berlijn was, op het hoogtepunt van de Europese vluchtelingencrisis, een duidelijk politiek statement. Maar de Gouden Beer winnaar is ook een heel sterke documentaire die ons een emotionele mokerslag toedient.
“De vluchtelingen die in gammele bootjes de Middellandse zee oversteken zijn er al jaren,” zegt documentairemaker Gianfranco Rosi (° 1964), “maar nu de media hen ontdekt hebben denkt iedereen er alles over te weten. De centrale figuur van Fuocoammare is een twaalfjarige jongen, Samuele, maar iedereen ziet nu enkel het verhaal van de dokter die de migranten mee opvangt”.
Toen Rosi’s documentaire begin dit jaar de Gouden Beer in de wacht sleepte stond de regisseur plots ook zelf in de schijnwerpers. Voor het eerst terwijl hij voordien identiek hetzelfde deed: het leven in de marge belichten via een groep Californische misfits (Below Sea Level), een huurdoder die informant werd (El Sicario – Room 164) de langs de ringweg van Rome wonende gemeenschap (Sacro GRA) en nu dus anonieme eilandbewoners en vluchtelingen in Fuocoammare.
De manier waarop dit gebeurt is en blijft uniek. Rosi balanceert op de grens van realisme en surrealisme met sfeervolle karakterstudies die ons geen geweten schoppen via een feitenregen maar via hun emotionele impact. De waarheid is ontluisterend pijnlijk bij Rosi.
Getuige de scène in Fuocoammare waar als marsmannetjes verklede reddingswerkers op een klein bootje 50 gestikte vluchtelingen in het ruim vinden. Hier zijn geen woorden voor en Rosi levert dan ook geen commentaar maar knijpt vakkundig onze keel toe.
Dat doet ook Nigeriaanse vluchteling die de ‘waarom’ vraag treffend beantwoordt: “de bergen konden ons niet verbergen, de mensen konden ons niet verbergen; daarom trokken we naar de zee”. Een gesprek met een man met een passie voor documentaires:
(Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: dewereldmorgen.be