Raf Custers schreef ‘De Uitverkoop van Zuid-Amerika’. Na een reis van een jaar van Brazilië, door Uruguay en Argentinië, naar Chili en Bolivië schreef hij zijn ervaringen neer.
‘Ze noemen ons ecoterroristen’, zegt Jenny Lujan, ‘wij zijn zogenaamd tegen ontwikkeling voor de mensen. Maar het model van productie en ontwikkeling dat de regeringen in Latijns-Amerika naar voren schuiven, wijzen wij af. De mijnbouwers gebruiken onze havens, onze energie, ons water, maar ter plaatse kopen ze niets. Ze voeren alles aan, tot de brandstof toe, met hun trucks of met hun vliegtuigjes. Ze gebruiken onze grondstoffen, onze gemeenschappelijke rijkdom, onze bienes comunes1, voor de ontwikkeling van enkelen die hún levensstandaard niet willen opgeven. In hun plan zijn Argentinië en Famatina2 de leveranciers van de grondstoffen waarmee de overvloed van de eerste wereld onderhouden moet worden. Dat model stellen wij in vraag.’
Nog een trouwe bondgenoot van de asamblea3 van Famatina is Normando Daniel Ocampo, bijgenaamd ‘Piojo’. ‘Dat betekent “stekeltjeshaar”,’ zegt de man, ‘die bijnaam heb ik al van toen we als jongetjes gingen voetballen.’ Ocampo is een vrijgestelde van de Asociación Trabajadores del Estado (ATE), de vakbond van het overheidspersoneel en een tak van de CTA, de Central de Trabajadores de Argentina. (Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: dewereldmorgen.be