Het Nederlandse referendum over het associatieverdrag tussen de EU en Oekraïne houdt de gemoederen nog wel even bezig. Dat is een positief aspect ervan. Hopelijk helpt het zaken helderder te krijgen over EU-politiek.
Het meest in het oog springende facet is het ondemocratische karakter van het referendum in alleen Nederland want het gaat hierbij niet om een verdrag tussen Nederland en Oekraïne. De Nederlandse bevolking heeft uit democratisch oogpunt natuurlijk het recht om mee te beslissen over een verdrag van de EU. Maar meebeslissen is verre van beslissen. Als Nederland een beslissende stem zou hebben, zou dat bizar zijn. Daarom heb ik het eerder als een nepreferendum betiteld. De Nederlandse bevolking vertegenwoordigt zo’n drie procent van het aantal inwoners van de EU. Dan zou 3 procent, of sterker nog, met een opkomst van net 30 procent zou slechts 1 procent van de stemgerechtigde burgers in de EU over het associatieverdrag beslissen. Je kunt zeggen wat je wilt over democratische regels, maar het kan in een democratie nooit de opzet zijn dat zo’n kleine groep bepaalt.
Volgens de ondemocratische initiatiefnemers van het referendum zou echter het associatieverdrag van tafel moeten. Als ze dat echt zouden willen, zouden ze inspanningen moeten leveren om in de hele EU volksraadplegingen over het verdrag van de grond te krijgen. Dat is echter nooit de bedoeling geweest. GeenPeil en consorten willen de uitslag van het referendum gebruiken om de EU in diskrediet te brengen; Oekraïne is slechts een pion in dat spel. Als je dat spel speelt, zul je nooit proberen een Europese volksraadpleging te organiseren, want die legitimeert Europese integratie nu juist.
Wel hebben de initiatiefnemers van het referendum nogmaals het democratische deficit van de EU voor het voetlicht gebracht. Dat valt te prijzen. Als de EU een volwassen democratie zou zijn, kan het nooit gebeuren dat 1 procent bepaalt wat er gebeurt. In de praktijk zal deze theoretische mogelijkheid dan ook niet geëffectueerd worden; het associatieverdrag gaat gewoon door. Maar iedere oprechte democraat moet gruwen van de theoretische mogelijkheid. Alleen al om die reden valt Yanis Varoufakis’ initiatief DiEM25 te prijzen dat de EU wil democratiseren.