Paul Slettenhaar(VVD) vindt het beroven van vluchtelingen ter afschrikking “Zo gek nog niet”

Paul Slettenhaar woont in Amsterdam Zuid en zit namens de VVD in de Provinciale Staten van Noord-Holland. Paul is het prototype pafferige VVD-er, die zich liberaal noemt en doodsbang is voor “kwartiermakers” zo als hij meesmuilend vluchtelingen die hier alleen komen noemt.
Hij vindt daarom het onmenselijke Deense plan om vluchtelingen te beroven van hun kostbare bezittingen, ter afschrikking, “zo gek nog niet”.
Screenshot tweet slettenhaar

Natuurlijk krijgt Slettenhaar kritiek, iemand zegt dat hij dom is en dat vindt Paul schelden, een ander zegt gelukszoekers terug sturen, echte vluchtelingen helpen. En dan maakt Paul Slettenhaar de volgende domme opmerking: “Een bijdrage leveren is gewoon redelijk. Ondanks het hysterische geschreeuw dat er op volgt.
Blijkbaar is mensen beroven van hun bezittingen een bijdrage vragen, in de ogen van de ‘liberale’ Paul.

Paul blijkt ook niet op de hoogte te zijn van de bestaande wet- en regelgeving, maar daar is hij niet de enige in. Vluchtelingen met een vermogen moeten namelijk wel degelijk zelf betalen voor de opvang. Zij vallen onder dezelfde vermogenstoets als een bijstandsgerechtigde. In de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 staat onder artikel 20 staat:

Indien een asielzoeker die verblijft in een opvangvoorziening beschikt over een vermogen groter dan de vermogensgrens ex artikel 34 van de Participatiewet of inkomsten heeft, anders dan een uitkering op grond van de Kinderbijslagwet of op basis van deze regeling, is die asielzoeker aan het COA een vergoeding verschuldigd in de kosten van zijn opvang alsmede van de opvang van zijn gezinsleden. De tegemoetkoming bedraagt per maand ten hoogste de economische waarde van de aan een asielzoeker feitelijk geboden verstrekkingen, vermeerderd met de economische waarde van de aan ieder gezinslid feitelijk geboden verstrekkingen, met dien verstande dat de vergoeding niet meer bedraagt dan het bedrag van het in de eerste volzin bedoelde vermogen of de in de eerste volzin bedoelde inkomsten.

3. Indien na zijn verblijf in een opvangvoorziening blijkt dat een vreemdeling tijdens dit verblijf beschikte over een vermogen of inkomsten, bedoeld in het tweede lid, kan het COA de kosten van de opvang van deze vreemdeling alsmede de kosten van opvang van zijn gezinsleden van hem terugvorderen.

Dom, zeg maar gerust oliedom, die Paul Slettenhaar en natuurlijk ook vreselijk fout.