Oud-premier Piet de Jong is vandaag honderd jaar geworden. En ik feliciteer hem bij deze. In de jaren zestig gaf De Jong als voorman van de toenmalige KVP leiding aan een centrum-rechtse regering. Ik moet eerlijk zeggen en veronderstel het ook wel als bekend: ik heb niet veel op met alles wat naar rechts neigt.
Maar eerlijk is eerlijk: ik waardeer de Jong vanwege het feit dat hij zich duidelijk heeft uitgesproken tegen de voorgenomen vorming van het eerste bruine regime sinds Seyss-Inquart toen hij in een interview opmerkte:
“Als je zegt: jullie deugen niet, zoals Geert Wilders doet, dan escaleert het, en gaat het van kwaad tot erger. Je moet elkaar respecteren. Daarom zeg ik: zolang de punten van de godsdienstvrijheid en de rechtsstaat niet zeker zijn, moet de PVV wat mij betreft maar in zijn eentje doormarcheren. Daar doe ik niet aan mee.”
Oh en het bedroevende niveau van de huidige premier (De Jong weet als marineman in de Tweede Wereldoorlog i.t.t. die mensen verachtende volkomen nitwit wel degelijk wat oorlog is en wat het is als jonge mensen sterven in een oorlog) manifesteert zich ook weer eens duidelijk aan de hand van het popie-jopie gelul:
“Ik vind het heel bijzonder dat we elkaar nog elk jaar treffen op een gezamenlijke lunch. Die is ontspannen, maar tegelijkertijd ben jij nog vol scherpte en geef je goede adviezen.”
Met de jongelui dood wensende Mark Rutte is Nederland echt een aan lager wal geraakt land geworden.