Vandaag vroeg ik mij weer eens af hoe het toch zover heeft kunnen komen met mij. Ik stelde mijzelf die vraag deze keer specifiek met betrekking tot mijn politieke ontwikkeling, en waarom ik me hier nu al een dikke twee jaar elke dag opwind op de manier waarop ik dat doe, op dit weblog. Onderstaand een verslag.
Ik groeide op in een middenklassegezin, mijn vader was het eerste deel van zijn carrière beroeps-officier, studeerde gedurende die periode af in de economie en werd docent en later adjunct-directeur op een HBO-opleiding. Mijn moeder had een opleiding tot onderwijzeres voltooid omdat haar vader dat wilde, maar heeft voornamelijk als röntgenlaborante gewerkt voordat ze trouwde. Beiden mensen met een opleiding, en dat wilden ze voor hun kinderen ook.
Zoals vaak het geval is was mijn vader wat rechtser dan mijn moeder, alhoewel hij in het algemeen eigenlijk niet zo’n uitgesproken politieke opvattingen had. Al in de jaren zeventig vond hij het strikte links-rechts denken niet handig. Hij stemde aanvankelijk meestal CDA (ik meen dat hij ook eens ARP, op Biesheuvel, gestemd heeft), één keer VVD en later D66. Soms stemde hij ook gewoon niet. Hij was een ongeduldig luisteraar, en had om die reden al nooit zin om naar al die verhalen van politici te luisteren.
Alhoewel hijzelf wel wat conservatieve voorkeuren had, en in zijn werk als hij dat nodig vond autoritair kon zijn, was hij absoluut geen starre man. Hij legde zijn eigen denkbeelden binnen het gezin beslist niet dwingend op. Ook was hij niet streng, ik vond dat ik altijd veel meer van hem mocht dan andere kinderen van hun vaders mochten.
Mijn moeder legde hij al helemaal geen denkbeelden op. Als er al iemand dat deed binnen het gezin was dat mijn moeder zelf. Als mijn ouders van mijn generatie waren geweest zou zij het ook zijn geweest die op een weblog geschreven had. Zij stemde aanvankelijk CDA, maar later, ik denk vanaf rond 1980, D66.
Beiden, waren gematigde, redelijke mensen. Door hen werd ik opgevoed in een tamelijk stabiele omgeving in redelijke welvaart. Geen overvloed, maar in elk geval beslist zonder dat ik enig tekort heb ervaren. Pas veel later besefte ik, door verhalen van anderen, dat dat ook veel slechter kon verlopen voor een kind. Toen ik jong was had ik niet zoveel kijk op het leven van anderen. Niet dat het me onverschillig liet, maar ik merkte die dingen gewoon nog niet op.
Maar door mijn kabbelende, zij het soms wat saaie, jeugd deed ik aanvankelijk dus geen erg extreme ideeën op. Alles liep zo’n vaart immers niet, we hadden het toch goed, waarom al die drukte? Toen ik rond mijn 15e, 16e een beetje mee begon te krijgen van politiek waren het dan ook vooral de politici die zich meer op de flanken bevonden en aanzienlijk bevlogener te werk gingen dan gemiddeld die mij wat op de zenuwen werkten. Waar wonden die mensen zich toch over op?
Wordt vervolgd