Het was een heftige discussie in huiselijke kring. Mijn zoon had de euvele moed de hamvraag te stellen: als er moslims zijn die naar het wapen van de terreur grijpen, is er dan niet iets goed mis met die religie?
Het geijkte antwoord van links (het is niet de religie, stupid, het is een sociaal-economisch probleem), voldeed niet vond hij. Hij was het zat, het moest maar eens duidelijk gezegd: die ‘jihadies’ werden toch opgevoed in een bepaald geloof? Zij, de moslims (vaders, moeders, leraren, imams) waren medeverantwoordelijk voor de nietsontziende terreur van IS en trawanten.
In zekere zin heeft hij gelijk. Zoals ook Arthur Lehning gelijk had toen hij in zijn boek over de Russische revolutie van 1917 terugverwees naar de uitgangspunten van Marx en Lenin zoals die in het Communistisch Manifest zijn vastgelegd. De voorhoedepartij, de ‘dictatuur van het proletariaat’, de terreur van de eenpartijstaat, het was altijd al onderdeel van de ideologie. Het was te verwachten dat er een staatsterreur tegen andersdenkenden zou losbarsten.
En denken we even terug aan de roerige jaren 70 in Duitsland, de aanslagen van de Rote Armee Fraktion. Doorgedraaide socialisten zetten het adagium van de marxistische Verelendung wat kracht bij door middel van bomaanslagen en ontvoeringen. Dat alles begeleid door onleesbaar proza, domme retoriek onder de naam van revolutionair schrijfwerk. Dat maakt het nog onverteerbaarder.
Zijn alle socialisten daaraan medeschuldig?
Hetzelfde verhaal kunnen we vertellen over andere ideologieën, het katholicisme met zijn heksenjachten en opvattingen over de vrouw, de calvinisten met hun terroristische geuzenacties en het onder de knoet houden van de gelovigen, etcetera. Elke ideologie onderdrukt, zoekt vijanden, maakt slachtoffers in haar naam, vernielt de beelden van de andere partij.
Zijn de gewone katholieken, de gewone calvinisten daar medeschuldig aan?
Wat mijn zoon onbedoeld deed was categorieën ontwerpen om duidelijkheid te krijgen over de schuldvraag.
Het is wij en zij, wit en zwart, licht en donker.
Maar uiteindelijk gaat het niet om ideologie of cultuur, het anders-zijn van mensen in een bepaalde cultuur. Het gaat om groepsprocessen en politieke machinaties die moeten leiden naar machtsposities. Zoals de godvrezende Geuzen met plunderen en moorden een einde maakte aan de katholieke dictatuur (het begin van de Staat der Nederlanden), zo proberen de Allah-roepende jihadies van IS op eenzelfde manier een einde te maken aan de Westerse overheersing, all-over the world.
Het duurde lang voordat we op het punt kwamen dat duidelijk werd dat het niet om ideologie gaat maar om mensen. Mensen groeperen zich, ontwikkelen een ideologie en sommigen moorden in naam van die ideologie met het doel een machtsbasis te vergaren. En altijd wordt een bron gevonden die dat handelen kan ondersteunen. In principe kan elke ideologie, elk denkstelsel daarvoor gebruikt worden.
Maakt dat ons schuldig als we een ideologie aanhangen die anderen gebruiken om te moorden en te plunderen?
Zo schuldig als we ons willen voelen. Een eventuele collectieve schuld is meestal opgelegd, nooit vrijwillig. Denk aan ‘de Duitsers’ na 45.
Uiteindelijk is er een wij en zij, concludeerden we uiteindelijk. Die grens ligt bij haat en moord, de totale ontkenning van de waarden van gelijkheid en vrijheid zoals die zijn vastgelegd in de Rechten van de Mens, en trouwens ook in artikel 1 van onze Grondwet.
De hamvraag blijven stellen is waarschijnlijk de beste manier om elke ideologie te ontzenuwen.