Roepen om vrijheid is revolutie

Er druppelen beelden binnen via twitter, zolang het nog mag van de baas van de elektrieke autootjes, van demonstraties in Iran. De meeste vrouwen dragen de chador, het is de vraag of het nog vooral daarom gaat.
“Azadi, Azadi, Aazaadii” scanderen ze op straat, op de campus. Vrijheid!
Door het te roepen verover je het al. Voor de tijd waarin je het roept, oproept om samen de straat op te gaan en het te roepen.
Automobilisten toeteren in de maat mee. Je kunt maar beter niet getuigen van je liefde voor het regime. Die zal bij velen allang voorbij zijn.

Een andere leuze is “Vrouw, leven, vrijheid”, in Koerdisch of Farsi.
De beroering wordt dezer dagen aangeduid als “anti-autoritaire, feministische revolutie”. Het zou de eerste in haar soort zijn. Het is een revolutie van licht giechelende vrouwelijke scholieren, die de portretten van Komeini en Khamenei van de muur halen, versnipperen, door de wc spoelen of er op springen als ze achter glas zitten.

Net als met Oekraïne zijn het de dagen om op te letten wie het zegt of er begrip voor toont: “al deze onrust wordt opgestookt door de Verenigde Staten en Israël”. Het verhaal van Khamenei en zijn aanhang, geharnaste anti-imperialisten, net als Poetin, die ze overigens niet meer van harte steunen. Heeft Chomsky eigenlijk al zijn oogverblindend licht over de vrouwenopstand – rijkelijk gesteund door mannen, des te beter – laten schijnen?

Als dit een opstand is, gesponsord door VS en Israël, dan zeg ik: leve de sponsoring door VS en Israël.
Maar jullie weten dat je aan het liegen bent, als je het zegt.