BB King noemde Peter Green ooit “de enige gitarist die bij mij het koude zweet uit doet breken”. In 1966 nam John Mayall Green op in de Bluesbreakers, als opvolger van Eric Clapton, die de band verlaten had om samen met Ginger Baker en Jack Bruce Cream te vormen. “Ik heb iemand gevonden die beter is dan Clapton”, verklaarde Mayall tegenover zijn bandleden, die deze mededeling met begrijpelijke scepsis ontvingen. In 1967 had Green het wel gezien als bijwagen van Mayall en vormde hij samen met ex-Bluesbreaker Mick Fleetwood op drums Fleetwood Mac. Tussen 1967 en 1970 had de band met haar hoogst originele, lyrische interpretatie van de blues een reeks hits in zowel de VS als Europa.
De introverte Green kon slecht tegen het succes en de status van superster. Bovendien werd hij geplaagd door schuldgevoel: waarom zwom hij in het geld en kwamen mensen elders op de wereld van honger om? Op een gegeven moment stelde Green zelfs aan de andere bandleden voor al het door hen verdiende geld te doneren aan liefdadige doelen. Niet geheel verrassend gaven zijn collega’s aan daar weinig voor te voelen. Greens groeiende gevoel van isolement werd nog versterkt door zijn overmatige consumptie van LSD, nooit een goed idee wanneer je toch al wat met jezelf in de knoop zit.
The Green Manalishi was de laatste song die Peter Green voor Fleetwood Mac schreef. Volgens Green zelf schreef hij de song naar aanleiding van een droom waarin een grote, groene hond tegen hem stond te blaffen: “It scared me because I knew the dog had been dead a long time. It was a stray and I was looking after it. But I was dead and had to fight to get back into my body, which I eventually did. When I woke up, the room was really black and I found myself writing the song”. The Green Manalishi staat voor geld, de Two Prong Crown voor de duivel. Geld en de duivel: ze zijn identiek.
Green trok de consequentie uit zijn opvattingen en verliet kort na de release van de single de band. Met Peter Green zou het nooit meer goed komen, hij stortte volledig in en trok zich jarenlang terug uit de wereld. De band ging door en zou zich ontwikkelen tot een van de grootste stadionacts van de jaren ’70.
Now, when the day goes to sleep and the full moon looks
The night is so black that the darkness cooks
Don’t you come creepin’ around – makin’ me do things I don’t want to
Can’t believe that you need my love so bad
Come sneakin’ around tryin’ to drive me mad
Bustin’ in on my dreams – making me see things I don’t wanna see
Break:
‘cause you’re da green manalishi with the two prong crown
All my tryin’ is up – all your bringin’ is down
Just taking my love then slippin’ away
Leavin’ me here just tryin’ to keep from following you