Het Noordhollands Duin, ik ben er mee vergroeid sinds mijn peuterjaren, en de veranderingen over die behoorlijk lange periode zijn opmerkelijk. Verdroging, herstel van duinmeren. Konijnen die nog niet zo lang geleden volop rondliepen in de schemering en die nu zo goed als afwezig zijn (daarvoor in de plaats zie ik wel eens een haas). Met het konijn verdween ook de nauwelijks zichtbare wezel, de vos verscheen wel. Terug van weggeweest. En ik heb inmiddels zelfs een ree gezien, die daar zomaar op eigen kracht rondliep. Maar dat zijn verschuivingen die niet aan klimaatverandering zijn toe te schrijven.
In heel Europa hebben natuurbeheerders te maken met de effecten van klimaatverandering. Waar de één worstelt met steeds langduriger perioden van droogte, kampt de ander met steeds vaker optredende stortbuien. Ook PWN ziet in haar duingebied in Noord-Holland de gevolgen van klimaatverandering onmiskenbaar terug.
Steeds duidelijker zien we dat de natuur zich aanpast aan veranderingen in het klimaat. Zuidelijke soorten breiden hun leefgebied uit richting het warmer wordende noorden. Ook het groei- en bloeiseizoen worden langer. De jaargemiddelde hoeveelheid neerslag is sinds begin vorige eeuw met dertig procent toegenomen, wat zorgt voor een stijging van de gemiddelde grondwaterstanden. Maar ook het aantal aaneengesloten droge dagen is toegenomen. Met name in het voorjaar en de zomer heeft vegetatie hierdoor vaker te maken met een droge toplaag van de bodem.
Lees verder bij de bron.
– Uitgelicht: Zwemmende kikvors in duinmeer, eigen foto AJvdK