Griekse boerensalade

Na een onverwachte klachtenregen bij de hoofdredactie over de formele toon
waarin ik de vorige recepten schreef, heb ik besloten dit recept maar
in de ‘je’ vorm te schrijven. Dit is het recept voor Griekse
hoerensalade. Ook wel Σαλάτα πολιτική geheten. Een heerlijk bijgerecht,
bij zo ongeveer alle andere gerechten. Griekse boerensalade is
universeel. Zij combineert uitstekend met afhaalchinees, Spare Rib
Express, broodje shoarma of de rolmops van Schele Henk, de PVV stemmende
haringboer uit het door aardbevingen geteisterde Loppersum.

Het grote verschil tussen Griekse boerensalade en vele andere salades is
dat het bekende kwakje ontbreekt. De separaat in ’n bakje of zakje
verpakte jizz die je bij het meeste kant en klare op ijsbergsla
gebaseerde machinaal versneden konijnenvoer krijgt zodat ’t allemaal
niet in je keel blijft steken.

Ingrediënten

Ook dit recept kent weer ingrediënten:

  • 2 tomaten of één vleestomaat
  • 1/3 komkommer
  • 1 rode ui of sjalot (niet van die bloembollen die als ui worden
    verkocht)
  • Een ons authentieke Griekse feta kaas 1)
  • Handvol Kalamata olijven met of zonder pit 2)
  • Groene paprika in ringen
  • Jalapeño peper in kleinere ringen (optioneel)
  • Olijfolie
  • Oregano
  • Azijn
  • Zeezout en fabrieksgemalen peper naar smaak
  • Brood 3)

Aantekeningen bij de ingrediënten

Het steeds groter groeiend aantal lezers van deze receptenestafette weet
dat ik waarde hecht aan goede ingrediënten. En omdat ik de valkuilen
van de Griekse salade als geen ander ken, duik ik er deze keer wat
dieper in.

  1. Feta. Er zijn mensen, die omdat het goedkoper is, de gestolde
    uierontsteking van Deense bermkoeien kopen. “Want er staat ja
    ‘feta-style’ op het potjen.” Het is alsof je beedies in plaats van
    Montecristo’s rookt, of met je oranje Opel Manta aan een klassieke
    Jaguar race mee wilt doen. Alsof je levenslang zit opgesloten in de
    geheime synagoge van Uppsala met een kookboek van de bekende Turkse
    yoghurtcultuurhistoricus Cidi Ohzdil, terwijl je als je de cipier had
    omgekocht had kunnen genieten van een schaakboek, broodkruimels en
    muizenkeutels. Griekse feta dus. En niets anders.
  2. Nog beter dan Kalamata olijven zijn die zwart verschrompelde
    olijven uit het van uitlaatgassen vergeven centrum van Athene, in die
    grote zakken langs haar drukke winkelstraat tussen Omonia en
    Monastiraki, ergens in 1968. Olijven als kogels uit het executiepeloton
    van het kolonelsregime, zwart als een rouwband en zout als de met
    zongedroogde kots beslagen reling van de veerboot over de
    Lethe.
  3. Het liefst Grieks of Turks brood, of brood met een minimaal
    aantal ingrediënten, zoals de liefde- en passiesponzen van de AH. Geurig
    brood, zandkleurig, een beetje vochtig en met een zachte veerkrachtige
    structuur. Een knapperige korst die echt breekt, terwijl de kruimeltjes
    in de lucht vliegen, gelijk de pixie dust van die kleine toversnol uit
    de avonturen van Kapitein Haak.

Bereiding

Snijd de tomaat in tweeën en maak een v-inkeping om het harde stuk van
de navelstreng te verwijderen. Snijd vervolgens de helften in helften
zodat je per tomaat vier kwarten overhoudt. Ga niet met je
AH-bestekzegelmesje de tomaat in honderden stukjes hakken. De komkommer
schillen en in damschijven snijden. Snijd de paprika in ringen en als je
ex komt eten de Jalapeñopeper ook. Die uien kun je voor de verandering
eens een keer in de lengte doorsnijden. Dat geeft een wat boerser effect
dan die cleane ringen uit het vorige recept. Laat de feta uitlekken en
snijd haar in dunne plakjes. En nee, niet met een kaasschaaf.

Leg de tomaten en de komkommerschijfjes in een groot bord en schep ze
goed om. Strooi de uien, de paprika en de peper er over. Leg daarna de
feta ergens in het midden. Strooi wat oregano over de feta en maak van
de olijven een leuk figuurtje of zo. Giet tot slot de koudgeperste en
het liefst ongefilterde single-estate Kretenzische olijfolie van de
eerste persing met een maximale zuurtegraad van 0,1 vanuit het midden in
een steeds groter wordende cirkelvormige beweging bibberend over de
salade. Dat wil zeggen, als je niets beters kunt vinden. De chefs uit
het Grande Bretagne haalden hun LCV olijfolie in van die 25 literblikken
van Minerva ergens in een achteraf steegje tegenover de dampende
Heidelberg Cylinder van de regeringsgezinde krant en de vulcanisatorshop
van Michelin.

Okay nu zijn er mensen die zeggen van moet je niet een beetje omroeren
en zorgen dat de olie en de azijn zich goed vermengen? Je kent dat wel.
Zo’n vrouw met van die highlights en een H&M sjaaltje, die dan
met zo’n setje groen transparant slabestek met die rode vlekken in haar
hals de salade hijgend door elkaar staat te masturberen.

Nee! Het is juist de bedoeling dat je smaakdifferentiatie in de salade
houdt. Dat niet elke hap tomaat hetzelfde smaakt. Dat er soms meer olie
aan kleeft, soms meer azijn, soms een brokje feta, soms een uitje, soms
een olijf. Breek af en toe een stuk brood en zeem daarmee door de bodem
van de kom. Dáár zit de meeste smaak. Dáár komen de sappen van de
ingrediënten bij elkaar en daarom kun je niet zomaar willekeurig brood
gebruiken. Geen waldkornmeuk met gebrande moutkorsten, of dat muffe
volkoren wat ik mijn ezel Frans niet eens zou voorzetten.

Saillant detail: Het woord Jalapeño komt oorspronkelijk uit het 19e
eeuwse Grieks. Als kinderen hun melk niet wilden opdrinken, stuurde oma
de ouders even naar buiten en stuwde ze bij zo’n kind een Γάλα-πἰνω
(melk-drink) peper met de muis van haar duim door de voortanden naar
binnen. De rest laat zich raden. Dit gebruik werd door de Griekse
sponsduikers, die hun ambacht over de hele wereld uitoefenden,
meegenomen naar Mexico. De naam bleef, maar het pedagogische gebruik van
deze peper raakte langzaam maar zeker op de achtergrond.

Eet smakelijk!