Een groter deel van de uitgeprocedeerde asielzoekers terugsturen naar hun land van herkomst – een van de speerpunten van het kabinet – is tot nu toe mislukt. De roep om terugsturen is o zo makkelijk maar de uitvoering ervan is andere koek. Herkomstlanden zijn er niet happig op om asielzoekers terug te laten keren. Een belangrijke reden daarvoor is financieel van aard. Immigranten sturen ieder jaar weer een recordbedrag naar het thuisland. De €6,4 miljard die zo jaarlijks Marokko binnenstroomt, is even belangrijk voor de economie als de gehele fosfaatsector of het toerisme. En de meeste asielzoekers komen Nederland legaal in. Als buitenlander (van buiten de EU) kom je binnen op een toeristenvisum. Als je wilt proberen te blijven, gooi je daarna alle bewijsstukken weg die je identiteit kunnen onthullen. Vervolgens vraag je asiel aan.
Weliswaar is in het regeerakkoord afgesproken om drukmiddelen tegen herkomstlanden te gebruiken, zoals het verstrekken of juist onthouden van ontwikkelingsgeld, of het verstrekken of weigeren van landingsrechten of visa. Maar papier is geduldig. Feit is dat Nederland EU-lid is. In EU-verband gelden weer afspraken die op gespannen voet staan met het regeerakkoord. Het buitenlandbeleid van EU-lidstaten wordt voor een belangrijk deel geregeld door de Hoge Vertegenwoordiger van de EU voor buitenlands beleid Josep Borrell Fontelles en zijn ambtenaren. Nederlandse plannen over landingsrechten of visa kunnen dat niet zomaar doorkruisen.
Een ander Nederlands beleid door Nexit, waarvoor vaak wordt gepleit door extreemrechtse types, zal de situatie nog erger maken. Sowieso is Nexit om meerdere redenen suïcidaal en daarom ga ik er hier verder niet op in. Voor Brexit is de voorspelling evenwel dat immigranten naar het Verenigd Koninkrijk zullen blijven komen, maar dat de mogelijkheden verminderen om ze terug te sturen naar het land van herkomst. Het VK verliest na Brexit namelijk een groot deel van de akkoorden die de EU met de rest van de wereld heeft gesloten. Om dergelijke akkoorden weer op te stellen kost tijd, als het VK er überhaupt al in slaagt om gelijksoortige overeenkomsten te sluiten als die het nu nog heeft. Waarschijnlijk lukt dat niet ten gevolge van tekortschietende economische machtsfactoren.
Met het noemen van economische machtsfactoren komt meteen de EU weer om de hoek kijken. Die heeft aanzienlijke macht. Maar omdat de stem van de Europeanen erin beperkt is vanwege het democratisch deficit, wordt in de praktijk een beleid gevoerd dat gunstig is voor de grote concerns. Die hebben geen moreel bezwaar tegen uitbuiting en tegen illegale arbeid en vinden derhalve immigratie geen punt van zorg. Willen burgers meer druk op het EU-beleid kunnen uitoefenen, dan is een eerste vereiste dat de EU democratiseert. Maar democratie, en zeker Europese democratie, wil extreemrechts niet, hoewel dat de kans vergroot op realisatie van beperking van de instroom van immigranten. Eigenlijk zit extreemrechts zichzelf in de weg, zoals altijd, en gelukkig maar.