De Verenigde Naties luidden de alarmbel over de mensonterende omstandigheden die teruggestuurde vluchtelingen in Libische detentiekampen moeten ondergaan. De EU kijkt de andere kant op, net zoals ten tijde van Qadhafi.
Het Europese vluchtelingenbeleid is in essentie de fortificatie van Europa tegen nieuwe migratie. Daarvoor gaat de EU letterlijk over lijken en doet het vandaag nog altijd hetzelfde als ten tijde van Qadhafi: deals sluiten met regimes met een barslechte mensenrechtenreputatie.
De toenmalige Libische leider Qadhafi werd ten tijde van de opstand in 2011 in de Europese Unie weggezet als ‘een gek’ die met militaire macht moest verwijderd worden. Maar met die gek werden wel grote deals gesloten voor wapenleveringen of om de vluchtelingen te beletten de oversteek te maken naar Europa. Libië ontwikkelde zich vanaf de jaren 2000 tot een belangrijk transitland voor Afrikaanse vluchtelingen op de vluchtroute naar Europa. De medewerking van Qadhafi was van strategisch belang om die migratiestroom in te dammen.
In 2008 tekenden Libië en Italië een ‘vriendschapsverdrag’ waarin Italië beloofde om de komende 25 jaar 5 miljard Euro in Libië te investeren en de samenwerking te intensifiëren om “het terrorisme, de georganiseerde criminaliteit, de drugsmokkel en de illegale immigratie te bestrijden”. Er kwamen gezamenlijke Libische en Italiaanse patrouilles die bootvluchtelingen oppikten en terugstuurden naar Libië. Daar werden ze toen al in kampen gestopt waar ze volgens mensenrechtorganisaties bloot staan aan allerlei mishandelingen.
(Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: dewereldmorgen.be