Het was de feministische beweging die begonnen is met de analyse van seksualiteit, die prostituees de macht heeft gegeven om te zeggen: “Ik ben sekswerker”, en uit de schaduw te treden en te zeggen: “mijn strijd is ook een feministische strijd”.
Het was de vrouwenbeweging die seksualiteit begon te analyseren als deel van de huiselijke arbeid, als deel van de diensten die vrouwen geacht worden te verlenen aan mannen, als deel van het huwelijkscontract op grond waarvan vrouwen moeten geven. Tot de jaren zeventig of tachtig bestond het misdrijf van verkrachting in het gezin niet in de VS< omdat het zo opgevat werd dat als je trouwt de man recht op jouw lichaam krijgt en recht heeft op seksuele dienstverlening te allen tijde. Het werd begrepen - en de feministische beweging heeft het geanalyseerd - dat mannen zich altijd verkopen, of zich trachten te verkopen, op de loonarbeidsmarkt. Voor veel vrouwen is trouwen een economische oplossing, omdat de arbeidsdeling zo georganiseerd is dat het moeilijker is voor vrouwen om toegang te krijgen tot loonarbeid. Dus veel vrouwen trouwen niet omdat ze het willen maar als economische oplossing voor hun leven. En seks is deel van je werk.
We hebben deze deconstructie van seksualiteit, van het gezin, van de verhouding tussen mannen en vrouwen, uitgevoerd en we stelden dat het huwelijk prostitutie is. In veel gevallen kun je een goede verhouding hebben met je echtgenoot, maar het doet er niet toe. De werkelijkheid is dat de staat het huwelijk zo heeft geconstrueerd dat vrouwen gedwongen zijn te trouwen voor hun voortbestaan en daarom verplicht zijn seks te ruilen voor het bestaan. De staat heeft ons tot prostituee gemaakt. Dit is een oud thema – al aan het begin van de twintigste eeuw waren er anarchistische feministen als Emma Goldman die het hierover hadden. Dus we beklemtonen dat er continuïteit is tussen de huisvrouw die ’s nachts, na de afwas en het poetsen van de vloer, met haar benen wijd moet en seks moet bieden, of zij wil of niet, of zij moe is of niet – en veel vrouwen zijn in elkaar geslagen omdat zij seks weigeren – en de vrouw die seks te koop biedt op straat. De ene verkoopt het aan een man en een ander aan veel mannen, maar er is continuïteit tussen beide. Volgens mij heeft deze analyse prostituees macht gegeven.
Het was een fameuze gebeurtenis in juli 1975, toen in Lyon, Frankrijk, prostituees de Kerk van Saint Nizier bezetten omdat de stad wetgeving had aangenomen die hen van de straten verdreef. Ze moesten de stad uit naar plaatsen zonder licht en velen van hen werden vermoord. Op een dag, nadat opnieuw een prostituee was vermoord, hebben alle prostituees de kerk bezet. Dat was een belangrijke vonk. Veel feministische vrouwen gingen er heen en de bezetting duurde meer dan een maand. De kerk werd een plaats van debat, van discussie over feminisme en prostitutie. Dit was een zeer bevrijdend moment. Die bezetting was het begin van de sekswerkersbeweging in Europa. Binnen een maand was er een grote bijeenkomst van sekswerkers in Parijs, prostituees bezetten de snelwegen, er was een treffen in Nederland. Het gaf hen kracht. Toen begonnen zij zich sekswerkers te noemen. Zij beriepen persconferenties. Zij verwierpen openlijk de schijnheiligheid en de manier waarop vrouwen zijn verdeeld tussen goede vrouwen die getrouwd zijn – die vaak niet getrouwd hadden willen zijn – en de slechte vrouwen. En feministen ook – wij hadden deze verdeling ook verworpen. Dis is dus wat mij betreft hoe ik tegenover sekswerk sta.
Ik ben me er van bewust dat er sekswerkers en feministen zijn die sekswerk als bevrijding vieren. “Wij zijn degenen die het niet voor niets weggeven”. Ik denk dat iedere vrouw in zekere zin hier trots over gevoeld heeft. Maar het is uitbuiting – hetgeen niet betekent dat het vernederender is dan veel andere banen. Ik heb eerlijk gezegd weinig geduld met vrouwen die geschokt zijn door het bestaan van prostitutie omdat zij prostitutie als een bepaald gewelddadige baan zien en bovenal, als speciaal vernederend voor vrouwen. Tegen vrouwen die zeggen dat prostitutie zo vernederend is zeg ik, dat als we moeten besluiten dat bepaalde banen zo vernederend zijn dat vrouwen ze niet zouden moeten doen, laten we dan beginnen met vrouwen die in gevangenissen werken, laten we beginnen met vrouwen die werken bij de politie, laten we beginnen met vrouwen die werken in het leger. Laten we daarmee beginnen en dan kunnen we prostitutie bediscussiëren. Het is heel schijnheilig te denken dat het erger is je vagina te koop te bieden op straat dan werken bij de politie en mensen in elkaar te slaan of werken in de gevangenis en deel van het systeem van onderdrukking te zijn.
Als we echt willen zeggen: “nee, als vrouwen weigeren we deze banen te nemen”, als we coherent willen zijn, moeten we daar beginnen. Laten we niet moralistisch zijn en prostituees speciaal uitkiezen en hen het gevoel geven dat hun bestaan een schande is voor andere vrouwen. Ik denk dat dat zeer onrechtvaardig is.
– Silvia Federici, in gesprek bij Sur Conectas. Vertaaldienst Krapuul.