En wie onderzoekt nu de onderzoekers?

Na vijf weken onderzoek kwam vandaag het bericht dat Trouw 126 artikelen van sterjournalist Perdiep Ramesar heeft ingetrokken, omdat deze niet-traceerbare bronnen gebruikte in zijn stukken, een doodzonde in de journalistiek, zie het rapport en de lijst. Met andere woorden, het was volstrekt verzonnen. Ramesar kreeg nationale roem toen hij had bedacht dat de Schilderswijk in Den Haag de ‘shariadriehoek’ van Nederland was. Er werden Kamervragen gesteld en Geert Wilders ging demonstratief de wijk in. Hoe de leiding van de krant, die zichzelf “misschien wel de beste krant van Nederland” noemt, deze praktijk jarenlang toeliet is vooralsnog een raadsel. Ramesar en Martijn Roessingh schreven in 2010 een boek over mensenhandel. “Vrijwel alle namen van slachtoffers in dit boek zijn gefingeerd om hun privacy te beschermen.” Roessingh is ondertussen opgeklommen tot adjunct-hoofdredacteur van Trouw.

Al in 2010 meldde Krapuul-auteur Arnold J. van der Kluft dat Ramesar zijn bronnen had verzonnen. In een artikel had hij krakers opgevoerd die in de krakerstijd tussen 11 en 14 jaar oud zouden zijn geweest. Maar Krapuul wordt natuurlijk een ‘extreemlinks margeblog’ genoemd en wordt daarom niet heel erg serieus genomen. Er is zelfs een poging geweest van ThePostOnline via een handtekeningenactie Krapuul te laten verbieden vanwege vermeend antisemitisme. Je bent in Nederland al snel prominent als je met veel pretentieuze tamtam volstrekte onzin verspreidt. Zo is er al jaren agitatie tegen moslims onder de noemer ‘islamisering’, waarvoor weliswaar geen enkel bewijs is, maar het begrip heeft zich gevestigd in vele hoofden. Herhaling doet wonderen. Ondertussen geloven veel Nederlanders dat ‘islamisering’ wel degelijk bestaat, net zoals ze denken dat de ‘shariadriehoek’ echt bestaat, zelfs nadat het duidelijk is geworden dat dat verhaal volstrekt verzonnen is.

De vraag is nu of de talkshows en radioprogramma’s die Ramesar jarenlang een podium boden voor zijn onzin ook het boetekleed zullen aantrekken. Eind augustus van dit jaar mocht hij bij het EO-praatprogramma Knevel en Van den Brink vertellen dat hij drie jihad-ronselaars uit de Schilderswijk kende. PvdA-kamerlid Tanja Jadnanansing reikte eerder dit jaar de Divali Award 2014 uit vanwege Ramesar’s bijdrage aan de emancipatie van zuid-Aziaten in Nederland. Hij werd door Jadnanansing geprezen voor zijn deskundigheid en zorgvuldigheid en dat hij ondanks bedreigingen aan zijn adres voor dagblad Trouw bleef schrijven over radicalisering. In 2012 werd Ramesar genomineerd voor de Loep, een “eerbetoon aan het beste werk in de Nederlandse en Vlaamse onderzoeksjournalistiek”, van de Vereniging van Onderzoeksjournalisten (VVOJ). Het illustreert hoe vaag de grens is geworden tussen verslaggeving, onderzoeksjournalistiek, propaganda en opinie.

Ramesar is niet de enige die zich bezondigt aan het fingeren van bronnen of het verzinnen van feiten. Het Meldpunt Discriminatie Internet (MDI) van de stichting Magenta verspreidde deze zomer dat naast moslims antisemitische uitingen vooral van links kwamen, een onderzoek in samenwerking met het CIDI van twee weken op Facebook en Twitter na de inval van Israël in Gaza. Dat gegeven werd enthousiast rondgepompt door Vrij Nederland- en Trouw-columnist Elma Drayer en natuurlijk door journalistieke hoogstandjes als The Post Online en De Dagelijkse Standaard, waar het nu als een vaststaand feit geldt. Bij navraag via Twitter meldde MDI dat ze hun datasets waaruit dan zou blijken dat links antisemitisch is niet voor niets wilde prijsgeven en dat GroenLinks ook geen vragen had gesteld toen het MDI een paar jaar eerder extreemrechts als bron voor antisemitisme had genoemd. Het prijsgeven van verifieerbare bronnen wordt blijkbaar door sommige onderzoekers nog steeds als bedreiging ervaren.

1 gedachte over “En wie onderzoekt nu de onderzoekers?”

  1. Pingback: En wie onderzoekt nu de onderzoekers? | wltrrr

Reacties zijn gesloten.