In de onderhandelingen tussen de EU, vertegenwoordigd door oud-premier van Luxemburg Juncker, en Theresa May is nu sprake van het open blijven van de grens tussen EU- en euroland de Ierse Republiek en de zes graafschappen die deel uitmaken van het Verenigd Koninkrijk onder de naam Noord-Ierland. In Dublin zit men niet te wachten op een “harde grens” op het eiland, en in Belfast in feite ook niet (men heeft in Noord-Ierland in meerderheid tegen Brexit gestemd).
De Democratic Unionist Party, die geen numerieke meerderheid heeft in Noord-Ierland, maar de partij waar de Tories een feitelijke coalitie mee vormen, is evenwel tegen een uitzonderingspositie voor de zes graafschappen binnen het Verenigd Koninkrijk. Dublin is echter in staat (en hoogstwaarschijnlijk bereid) iedere andere regeling af te keuren.
Iets soortgelijks zou kunnen gelden met betrekking tot de grens tussen EU- en euroland Spanje en Gibraltar, dat als deel van het Verenigd Koninkrijk geldt (en dat in overweldigende mate tegen Brexit heeft gestemd).
Als er uitzonderingen gemaakt worden in deze gevallen zullen Schotland en Wales – en zelfs Londen – ook een uitzonderingspositie opeisen.
Met de Brexitplannen verkruimelt het Verenigd Koninkrijk voor ons aller ogen.
We leven in interessante tijden.