Poetin heeft gisteren een massabijeenkomst, opgezet als steunbetuiging, toegesproken. De bijeenkomst had angstaanjagende aspecten die deden denken aan de tijden van stalinisme, en aan dat andere ‘-isme’ waarmee potentaten in de jaren twintig tot en met veertig de vrijheid in diverse Europese staten vertrapten. Poetin mobiliseert de contrarevolutie. En ja, hij zal wel weer tot president worden gekozen, over een dag of negen. Maar of zijn machtspositie, ook na het machtsvertoon van gisteren en wéér een verkiezingszege op zak, daarmee zelfs op korte termijn veilig is?
De bijeenkomst werd bijgewoond door vele tienduizenden mensen. NRC sprak van “130.000 Russen”, maar vertelde er niet bij dat dit een politieschatting was. En zoals het gezag oppositionele demonstraties standaard te lage aantallen toekent, zou het me niets verbazen dat hetzelfde gezag aanhankelijkheidsbetuigingen aan de Grote Leider van een te hoog aantal aanwezigen voorziet. Eén van de Volkskrantberichten over de manifestatie was op soortgelijke wijze nalatig, maar een ander bericht van dezelfde krantenwebsite zei keurig dat er “volgens de politie meer dan 100.000 mensen op de been” zouden zijn geweest. Overigens: ook als de politie hier doelbewust kan hebben overdreven, waren de aantallen overduidelijk groot, indrukwekkend groot, en ook angstaanjagend groot.
Heel veel van de aanwezigen waren daar duidelijk niet uit vrije keus, uit enthousiasme voor Poetin of iets dergelijks. De aanwijzingen dat personeel van bedrijven en instellingen die, soms met busladingen tegelijk, tegen betaling, vanwege de belofte van twee vrije dagen, of zelfs onder dwang, naar de bijeenkomst zijn gehaald. “We zijn hier niet vrijwillig, maar gedwongen”, zo citeert de Volkskrant iemand. De Guardian meldt dat het overgrote deel van het materiaal in handen van mensen – borden en spandoeken – voorbedrukt, geprefabriceerd, was. Ook dat wijst in de richting van een gemanipuleerd, allesbehalve spontaan, karakter van deze manifestatie.
Maar we moeten ons geen rad voor ogen draaien, ongetwijfeld is er nog steeds een forse steun voor Poetin. En die steun berust op nostalgie, angst voor ‘chaos’, nationalisme en hang naar een Sterke Man, een Redder van het land. De Guardian ontwaart bijvoorbeeld één bord dat kennelijk wél door een deelnemer zelf is gemaakt. Daarop de leus: “Voor het moederland! Voor Stalin! Voor Poetin!” Dát is de stemming waar Poetin op inspeelt en waar hij het van moet hebben: autoritarisme, nationalisme, angst voor buitenlands gevaar, voor ‘verraad’- dat hij behendig koppelt aan acties van oppositie-betogers. Het is ook een stemming waarin moorden door neo-nazi’s op bijvoorbeeld antifascisten helaas nauwelijks nog verbazing wekken. Zo werd, volgens een bericht verschenen op Libcom.org, op 9 februari Nikita Kalin, anarchist en antifascist, dood aangetroffen, klaarblijkelijk omgebracht met 61 messteken. Eén van de verdachten – het was duidelijk werk van een groep – was een “nationaal socialist”, oftewel een nazi. Dat kreeg de moeder van Nikita off the record te horen.
Zijn toespraak stond bol van het soort sentimenten dat fascistische geluiden en bijbehorende activiteiten feitelijk legitimeert. “Wij zijn verdedigers van het vaderland. De strijd om Rusland blijft, en de overwinning zal van ons zijn. We zullen niet toestaan dat iemand zich mengt in onze zaken, of ons zijn wil oplegt”, aldus Poetin, die ook nog mededeelde: “Wij zijn een zegevierend volk – het zit in onze genen, in onze genetische code, doorgegeven van generatie op generatie.” Beeldspraak? Vast wel. Maar wel raciale beeldspraak, getuigend van Russisch chauvinisme, van superioriteitsgevoel, en impliciete minachting voor wat niet-Russisch is. De ondertoon van racisme is hier onmiskenbaar. De felheid, en bijbehorende lichaamstaal, waarmee Poetin zijn woorden het stadion in slingerde, onderstreepten nog de onheilspellende lading van zijn speech en van het gebeuren zelf.
Het heeft er veel van weg dat Poetin hier iets van een contrarevolutie op de been brengt, al vér voor de protesten tegen zijn bewind de vorm van een revolutie hebben aangenomen. ‘Preventieve contrarevolutie’, zo zou je het kunnen noemen – een typering die ik wel eens ben tegengekomen als omschrijving van het vooroorlogse fascisme, waarmee Poetins toonzetting en aanpak wel degelijk overeenkomsten vertoont. Het wrange is, dat zich ook onder de tallozen die zich tegen Poetins bewind keerden mop eerdere demonstraties, zich ook zeer duidelijk fascisten, openlijke neonazi’s soms, vertonen. Toch is er een verschil tussen een brede, veelvormige protestbeweging waaraan uiterst rechts déélneemt, en en van staatswege op de been gebrachte massabeweging waarvan rechtse sentimenten, opgeklopt van hogerhand, zo ongeveer kern en ruggengraat vormen. De protesten tegen Poetin verdienen steun, maar dat dien dan wel onder eigen, revolutionaire en antiautoritaire vlag te gebeuren, en met totale afwijzing van nazi-deelname aan het protest. De georganiseerde steunbetuigingen aan Poetin verdienen echter totale afwijzing.
Al te grote angst voor wat Poetins campagne met dit soort steunbetuigingen op gang brengt, is echter ook weer niet nodig. Juist het gemanipuleerde karakter ervan werkt een gebrek aan enthousiasme onder aanwezigen in de hand. Het ronselen van demonstranten in ruil voor vrije tijd leidde bijvoorbeeld ook tot een vermakelijke verschijnsel. Mensen lieten even in het stadion waar de manifestatie plaatsvond hun neus zien en verdwenen vervolgens om van hun vrije dag te gaan genieten. Een verslaggever in de Volkskrant, die schreef dat “vele duizenden” van de deelnemers niet meer deden dan “hun gezicht laten zien” en dat “velen” aldus “rechtsomkeert maakten”, omschrijft de sfeer onder aanwezigen vooral als “gelaten”. Dat is niet de verhitte houding die zich makkelijk tot actieve strijd tegen oppositiebewegingen laat manipuleren. Met ‘aanhangers’ die weglopen en liever gaan winkelen dan de Grote Leider toe te juichen, win je geen oorlog en ook geen preventieve contrarevolutie. Ruim honderdduizend mensen in een stadion krijgen is één ding, de verkiezingen winnen zal Poetin ook wel weer lukken, met de bekende trukendoos achter de hand. Maar daarmee is zijn machtspositie – gelukkig! – toch niet echt veilig.
Dat heeft twee redenen. In de eerste plaats is er teveel gebeurd de laatste maanden: meerdere grote demonstraties tegen Poetins bewind in Moskou, tal van andere protestacties in heel veel plaatsen in Rusland. Er is een veelvormige protestbeweging van de grond gekomen. Die zal niet zomaar verdwijnen nadat Poetin zich van premier opnieuw president heeft laten maken. Er is een flinke kans dat de machthebbers dat protest weer gewelddadig zullen aanvallen. Maar er is ook een flinke kans dat de protesten daardoor eerder feller zullen worden dan dat ze zullen verdwijnen. Hoe sterk de protestbeweging is, zullen we aanstaande zondag zien, als de oppositie weer de straat op gaat.
In de tweede plaats kan Poetin praten over nationale grootheid, buitenlandse dreiging en verraad zoveel hij wil, maar daarmee veranderen de redenen voor onvrede niet. Hij kan straks weer, als vanouds, de oproerpolitie loslaten op demonstranten. Maar daarmee is de corruptie niet verdwenen en daarmee hebben mensen nog geen zekerheid of ze morgen nog brood op de plank hebben. Poetin heeft brede steun gehad, omdat onder zijn presidentschap de economie een tijdlang goed draaide. Maar momenteel draait de economie niet geweldig en er zijn tekenen dat er verslechtering op komst is. Op de World Socialist Website (WSWS) laat Clara Weiss één en ander zien. En wat ze niet rechtstreeks zegt, valt voor nadenkende mensen zelf in te vullen.
Een paar economische punten vallen dan op. De Russische economie groeide weliswaar, na de financiële crisis van 2008, in 2010 en 2011 flink. Maar minder dan vergelijkbare landen als Brazilië en China. Rusland moet het hebben van grondstoffenexport. Met een hernieuwde neiging tot recessie in Europa, dus in landen waarheen Rusland gas en dergelijke exporteert, ligt echter een daling van bijvoorbeeld gasprijzen voor de hand. Er is forse kapitaalvlucht uit Rusland. En de verschillen tussen rijk en arm zijn fenomenaal, met een toename van het aantal miljardairs, van hun fortuinen, maar ook van het aantal mensen onder de armoedegrens – een aantal dat tussen januari en september 2011 met 15 procent zou zijn toegenomen volgens het WSWS-artikel, dat ook bronnen noemt. Sociale tegenstellingen, gecombineerd met een nieuwe recessie, zou Poetin wel eens een flinke tegenwind kunnen bezorgen, zéker als krachten in de protestbeweging met nadruk niet alleen voor meer vrijheid, maar ook voor sociale rechtvaardigheid opkomen.
Dit stuk is eerder verschenen op de website van Rooieravotr van Peter Storm.