VVD-Kamerlid Ulysse Ellian – zoon van de vluchteling en Leidse jurist en professor Afshin Ellian – is geboren in 1988 in Afghanistan. Zijn Iraanse-Joodse ouders waren daarheen gevlucht. Ulysse is Nederlander, heeft één paspoort en woont hier sinds 1989. In de Kamer doet hij o.m. de rechtstaat. Enige tijd geleden kreeg hij van de Iraanse ambassade een brief die uitlegde dat hij volgens de Iraanse staat een Iraniër was. De lange arm reikte nu naar hem. Ik deel Ulysses’ partij niet, maar wel zijn eerbied voor de rechtsstaat.
Zijn partner en hij hebben drie kinderen. In een podcast zei Ulysse van de week dat hij niet met zijn kinderen naar speeltuintjes kan, vanwege de bewaking die hij krijgt. Dat raakte me.
Hij wordt beveiligd sinds hij in het openbaar de politieke moord op een Iraniër in Almere, waar Ulysse woont, heeft veroordeeld. Dat ging om zijn mede-Almeerder Mohammad-Reza Kolahi, geboren in 1958 in Iran. Die moord vond plaats op 15 december 2015. Kolahi, een politiek activist, leefde toen al decennia onder een schuilnaam in Nederland, nl. Ali Motamed. Dat deed hij omdat de Iraanse regering hem als hoofddader beschouwt van een bomaanslag op het ayatollah-regime in 1981, waarbij 74 doden vielen. Onder hen ook de hoogste rechter, ayatollah Mohammad Beheshti. Maar Ali Motamed aka Kolahi kon uit Iran ontsnappen.
Motamed (56) stierf in de vroege ochtend van 15 december 2015 voor zijn woning aan de Hendrik Marsmanstraat in Almere door één gericht schot in zijn hoofd. Hij ging net naar zijn werk, de daders verdwenen spoorloos, jarenlang. Maar deze twee, Anouar A. (33) en Moreo M. (40) zijn in november 2022 door het gerechtshof veroordeeld tot 23,5 jaar cel . Nou, mooi, denk je dan.
Deze zaak speelt nog mee bij de veroordeling tot levenslang van Naoufal F., voor het aansturen van de moord op Motamed. Naoutal F. – een ‘vertrouweling’ van Redouan Taghi – is ook veroordeeld, zit vast en heeft in februari beroep bij de Hoge Raad aangetekend. Vandaar dat Ulysse Ellian zware beveiliging krijgt. Motamed kreeg die niet – misschien wilde hij die ook niet.
Koninginnedag
In mijn jeugd kreeg niemand ‘beveiliging’. Ja, er liepen uiteraard uniformen rond de koningin op Koninginnedag. Ze kwam overigens wel eens ‘incognito’ en onbeschermd winkelen in Hilversum, waar ik toen woonde. Maar wij burgers kregen simpelweg geen ernstige bedreigingen – laat staan dat er 200-300 bomaanslagen per jaar op privéadressen waren. Ook de term ‘safe-house’ bestond niet – al waren er daarvan wel honderdduizenden geweest tijdens de oorlog, voor die 350.000 Nederlandse onderduikers. Jazeker, honderdduizenden ‘safe-houses’ in Nederland. Vm. Amsterdamse burgemeester Ed van Thijn zat als puber bijvoorbeeld op 18 adressen ondergedoken.
Dertig jaar heb ik zonder bescherming boven een coffeeshop gewoond, in de Javastraat in A’dam-Oost, een volkse woon- en winkelstraat. Ik ben toen wel eens in het havengebied terechtgekomen in een loods, voor een goedkope reparatie aan mijn auto. Ik was de laatste klant die middag en voelde me uiterst ongemakkelijk, echt onder dreiging. Er stonden een paar opgevoerde Golfs, er liepen wat bruine jongens van 20, 25 te niksen en ook enkele meiden. Achterin lag een pitbullinnetje in een mand – met kleintjes. Schattig! Zo lief!
Ik fietste in de drugstijd ook regelmatig over de Zeedijk en zag daar dan de menselijke heroïnewrakken tegen de gevels hangen – vaak uitgemergelde, onverzorgde Surinaamse jonge mannen. Later woonde ik daar vlakbij in de Warmoesstraat tegenover het politiebureau en zag daar in de buurt ook allerlei schilderachtige drugstafereeltjes: kleine handeltjes, ruzietjes, slingerende, verslaafde hoeren en wat al niet. Ik kijk teveel, en zie dan teveel, geloof ik. Maar ook daar hadden we nooit ‘beveiliging’ nodig.
Eén keer heb ik een ‘plaats delict’ van een moord bezocht, met nog zichtbare sporen. Dat was in een mooie villa in een nette, rustige buurt in Driebergen waar vluchtelingen uit Soedan tijdelijk woonden. Eén van hen had zijn lerares Nederlands doodgestoken in de keuken. Ik kwam er een week of twee daarna – en een donkerbruine plek van geronnen bloed zat nog in de terrazzo vloer.
Ik werd er misselijk van. Misschien maar goed.
Dus, Ulysse?
Zelf ben ik een paar keer met de dood bedreigd, en één bedreiger is daarvoor ook veroordeeld – maar we zijn zelfs verzoend. Ik heb als journalist wel eens problemen met de politie, zoals toen ik op de A12 ondanks mijn perskaart werd gearresteerd – waarvoor burgemeester Van Zaanen me later persoonlijk zijn excuses maakte. Maar ik geloof in de rechtsstaat, net als jij en je vader. Jullie zijn juristen.Ik denk even aan die andere bekende beveiligde: Geert. Hij vindt mij tuig, en jou een nepkamerlid. Tegen hem zeg ik: ook jij, veroordeeld crimineel – net als Rutte – en ook nog ruziezoeker, vredeverstoorder en amokmaker, verdient de bescherming van de rechtsstaat, net als ik. Ben overigens zelf veroordeeld wegens huisvredebreuk – op nazibeurzen.
Dus: sterkte, Ulysse! En ga nou niet weer steun aan Palestijnen in deze tijden van Palecide gelijkstellen aan antisemitisme, zoals Yeşilgöz doet. Zij is een uiterst machtsgeile opportunist waar ik weinig geduld mee heb. Doe jij er nou maar een tandje bovenop voor de rechtsstaat vanuit je eigen achtergrond – we hebben het nu echt keihard nodig.
PS: zelfs de Anne Frankstichting veroordeelt nu Israëls geweld tegen de Palestijnse onschuldigen, vrouwen en kinderen.
- Uitgelichte afbeelding: Door De Balie – Meer dan twee ouders: regenbooggezinnen in de wet, CC BY 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=122123743