De Iraanse autoriteiten intensiveren hun wrede campagne om het dragen van de verplichte hoofddoek verder af te dwingen. Hierbij worden op grote schaal politiecontroles en surveillance ingezet om vrouwen en meisjes in de publieke ruimte in de gaten te houden. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van Amnesty International.
Iran heeft de auto’s van 10 duizenden vrouwen willekeurig in beslag genomen voor het overtreden van de Iraanse hoofddoekwet. Andere vrouwen werden vervolgd en veroordeeld tot onder andere zweepslagen, gevangenisstraffen of het verplicht volgen van ‘zedelijkheidslessen’.
Verschillende overheidsinstanties zijn betrokken bij het vervolgen van meisjes en vrouwen die simpelweg hun recht op lichamelijke autonomie en vrijheid van meningsuiting en geloof uitoefenen. Dat concludeert Amnesty International op basis van verklaringen van één meisje, vier mannen en 41 vrouwen, onder wie een transvrouw, en een analyse van verschillende documenten, waaronder gerechtelijke uitspraken.
Hier zijn fragmenten te lezen van 20 van de verklaringen, die een beeld geven van de angstaanjagende realiteit waar vrouwen en meisjes in Iran iedere dag mee leven.
‘Het verzet tegen de verplichte hoofddoek in Iran werd aangewakkerd tijdens de Women Life Freedom-opstand van 2022. In een sinistere poging om dit verzet te onderdrukken, terroriseren de Iraanse autoriteiten vrouwen en meisjes’, zegt Dania Eltahawy van Amnesty International. ‘Vrouwen en meisjes worden het slachtoffer van surveillance en politiecontroles die hun dagelijks leven hevig verstoren en veel mentale stress veroorzaken. De wrede technieken variëren van het stoppen van vrouwelijke bestuurders om hun auto in beslag te nemen, tot het opleggen van onmenselijke vonnissen zoals zweepslagen of gevangenisstraffen.’
VN-onderzoeksmissie
De timing van deze intensivering van onderdrukkende vervolgingen is opvallend. Volgende week stemt de VN-Mensenrechtenraad over het verlengen van een onderzoeksmissie met een mandaat om schendingen te onderzoeken, in het bijzonder de schendingen gericht op vrouwen en kinderen, die plaatsvonden sinds de dood van Jina Mahsa Amini in 2022. Lidstaten van de VN-Mensenrechtenraad moeten de straffeloosheid aanpakken rondom de aanvallen op vrouwen en meisjes, door onafhankelijke en internationale procedures die bewijs verzamelen en analyseren voor toekomstige gerechtelijke procedures.
De Iraanse overheidsinstanties die de vernederende wetten tot uitvoering brengen zijn: zedenpolitie (police amniat-e akhlaghi), verkeerspolitie, openbare aanklagers, rechtbanken, Inlichtingendienst, Revolutionaire Garde, Basiji-paramilitairen en agenten in burger.
Vervolgd voor het niet dragen van hoofddoek in de auto
Sinds april 2023 heeft de Iraanse zedenpolitie honderdduizenden opdrachten gegeven om voertuigen in beslag te nemen wanneer de vrouwelijke bestuurder of passagier ‘op ongepaste wijze’ haar hoofddoek droeg. De jongste passagier waarbij dit gebeurde was nog maar negen jaar oud. Dat blijkt uit officiële berichtgeving.
Uit de interviews die Amnesty International afnam blijkt dat deze opdrachten gebaseerd zijn op foto’s die met surveillance-camera’s genomen zijn of op meldingen van agenten in burger. Deze agenten in burger maakten gebruik van de politie-app Nazer, waarmee de nummerborden kunnen worden doorgegeven van auto’s waarin iemand zit die de verplichte hoofddoek ‘verkeerd’ of niet draagt.
De vrouwen die dit overkwam en hun familieleden, ontvingen bedreigende berichten en telefoontjes waarin ze geïnstrueerd werden om zich te melden bij de zedenpolitie om hun auto in te leveren. Amnesty International heeft 60 screenshots van dit soort sms’jes bekeken die 22 mensen in het afgelopen jaar ontvingen.
De afgelopen maanden hebben de autoriteiten ook massale controles uitgevoerd waarbij ze auto’s met vrouwelijke bestuurders staande hielden langs drukke wegen. Als bleek dat het nummerbord gemeld was, moest de vrouw direct naar het politiebureau om de auto af te staan. Als de vrouwen weigerden, kwam een hijskraan de auto halen.
Amnesty International sprak met 11 vrouwen die beschreven hoe ze achtervolgd en gestopt werden op intimiderende wijze. Ze benadrukten dat de agenten geen enkele notie leken te hebben van hun veiligheid. Sommigen werden achtergelaten langs drukke snelwegen of in een stad ver van huis.
Auto terugkrijgen
Het is een lang proces om in beslag genomen auto’s terug te krijgen. Geïnterviewden beschreven lange wachtrijen en een vernederende behandeling vol seksistische opmerkingen en berispingen over het niet dragen van de verplichte hoofddoek. Ook dreigden agenten met zweepslagen, gevangenschap en een reisverbod.
In veel gevallen gaven politieofficieren bij de zedenpolitie de auto na 15 tot 30 dagen weer vrij. Dit nadat willekeurige bedragen, parkeerkosten en de kosten voor de hijskraan betaald waren en nadat er een schriftelijke verklaring was afgegeven over het dragen van de verplichte hoofddoek, ondertekend door de vrouw of een mannelijk familielid.
In andere gevallen stuurde de zedenpolitie de vrouwen en/of hun familieleden door naar openbare aanklagers en hing het vrijgeven van hun voertuig af van de strafvervolging.
Mishandeling en weigeren van toegang
Vrouwen beschreven ook aan Amnesty International hoe hen de toegang tot het openbaar vervoer, het vliegveld, of banken geregeld wordt geweigerd en afhangt van de wijze waarop ze een hoofddoek dragen. Met name op het vliegveld weigerden handhavers de toegang aan vrouwen en meisjes die een muts droegen, en onderzochten ze nauwkeurig de lengte van de mouwen en broekspijpen. De vrouwen melden ook dat deze controles vaak gepaard gaan met verbaal geweld zoals seksistische beledigingen en dreigementen over vervolging.
Eén vrouw vertelde over een incident dat plaatsvond aan het eind van 2023. Een handhaver in een metrostation in Tehran stompte haar 21-jarige nichtje op haar borst. Een 17-jarig meisje vertelde aan Amnesty International dat de directeur van haar school haar tijdelijk schorste omdat hij haar op een CCTV-camera zonder hoofddoek in een klaslokaal zag zitten. Hij dreigde haar aan te geven bij de Revolutionaire Garde als ze nog eens haar hoofddoek af zou doen.
Onrechtvaardige vervolging en berechting
Amnesty International weet van de vervolging van 15 vrouwen en een meisje van 16 jaar, in zeven verschillende provincies. Zij waren gezien zonder hoofddoek of met een muts, of met een hoofddoek die op ‘ongepaste wijze’ gedragen werd in de auto, het winkelcentrum, het theater, op het vliegveld, in de metro of op een foto die op sociale media was gepost.
De exacte schaal van deze vervolgingen is niet met zekerheid vast te stellen omdat de autoriteiten geen statistieken naar buiten brengen. Een verklaring van politiechef Mohammed Reza in de provincie Qom in januari 2024 doet vermoeden dat deze zaken niet alleen wijdverspreid zijn, maar ook zeer onderbelicht blijven. Hij sprak van 1.986 strafzaken die alleen al in de provincie Qom behandeld worden sinds maart 2023, die gerelateerd zijn aan de verplichte hoofddoekwet. Eén van de vrouwen die met Amnesty International sprak beschreef hoe een rechter naar een stapel papier wees met 30 tot 40 strafzaken en vertelde dat deze allemaal gerelateerd waren aan de hoofddoekwet. Andere geïnterviewden gaven aan dat agenten klaagden over hun hoge werkdruk omdat zoveel vrouwen in opstand komen tegen de verplichte hoofddoek.
Zedelijkheidsles
Amnesty International heeft vier zaken gedocumenteerd waarbij de vrouwen de boodschap kregen dat ze verplicht meerdere zogenaamde ‘zedelijkheidslessen’ moesten volgen en zich een jaar lang niet schuldig mochten maken aan andere ‘criminele’ activiteiten, om hun strafzaken te sluiten. Eén vrouw beschreef hoe de persoon die de zedelijkheidslessen gaf de 40 vrouwen in de klas verantwoordelijk hield voor de hoge scheidingscijfers en hen berispte voor het ‘naakt’ verschijnen in het openbaar. Drie andere vrouwen die Amnesty International sprak moesten boetes betalen. Eén andere vrouw moest een brief schrijven waarin ze spijt betuigde.
Amnesty International heeft ook een rapport van de Inlichtingendienst geanalyseerd. Hierin werd opgedragen om door te gaan met het in de gaten houden van een vrouwelijke artiest op sociale media.
Ten tijde van publicatie lopen er nog zaken tegen zes van de vrouwen met wie Amnesty International sprak.
Zweepslagen
Naast de opgelegde straffen die de meisjes en vrouwen kregen, werden meerdere vrouwen door openbare aanklagers en rechters bedreigd met zweepslagen of gevangenisstraffen, één vrouw werd zelfs met de dood bedreigd en de ander met seksueel geweld. De vader van een 16-jarig meisje vertelde aan Amnesty International dat een rechter bij de jeugdrechtbank zijn dochter bedreigde met zweepslagen en gevangenisstraf. Uiteindelijk werd ze vrijgesproken maar moest ze een verklaring ondertekenen bij de zedenpolitie.
In januari 2024 legde de autoriteiten 74 zweepslagen op aan Roya Heshmati voor het niet dragen van een hoofddoek. Op sociale media beschrijft ze hoe ze zweepslagen kreeg van een man in de aanwezigheid van een rechter in een ‘middeleeuwse martelkamer’.
Achtergrond
Een wetsvoorstel dat ervoor moet zorgen dat de autoriteiten nog harder kunnen optreden tegen het overtreden van de verplichte hoofddoekwet in Iran, is bijna door het parlement. In februari 2024 heeft president Ebrahim Raisi de hoge kosten van het implementeren van deze wet al formeel geaccepteerd. Hiermee heeft hij ruim baan gemaakt voor goedkeuring van de wet.
– Bericht van Amnesty