Dit is een gastbijdrage van: Abdul Alhazred
Gevolg gevend aan de oproep `Schrijvers gezocht’ van de redactie van Krapuul.nl., wil ik hierbij een bijdrage leveren.
Ik ben niet zo zeer een stukjesschrijver over de actualiteit. Anderen kunnen dat beter.`k Ben meer als creatief fictief schrijver en als dichter bezig.
Al tien jaar schrijf ik dingen die ik nu probeer samen te vatten in een roman/thriller `Een leven vol zomerhits’, waarvan het eerste deel gereed is.
Het onderstaande fragment komt uit deel 2, net als een eerdere inzending.
Ik schreef het vijf jaar geleden. Toen had ik niet kunnen vermoeden dat rechtse vingerlikplannen van vandaag de realiteit van morgen zouden kunnen gaan worden, uitgaande van een schrikbeeld wat ik destijds fantaseerde. Kromme zin, maar hopelijk maakt het verhaal het duidelijk.
Ik bedacht een fictieve ultrarechtse partij met een klinkende naam die het politieke spectrum in Nederland zou gaan beheersen.
Helaas is dat uitgekomen. De naam van die partij is in dit fragment veranderd in …..
Een nieuw bewind, een frisse wind
‘Hoe ga jij daar nu mee om?’
‘Waarmee Kees?’
‘Nou je weet wel…(fluistert) met nieuw rechts?’
‘Tja, je wordt wat voorzichtiger natuurlijk. Jij niet dan?’
‘Dat kan je wel zeggen ja. (kijkt om zich heen) Ik probeer zo min mogelijk op te vallen.’
‘Dat zie ik. Net jasje. Die Kees! Geen spijkerbroek meer, en naar de kapper geweest?’
‘Ja, maar mijn vaste kapper bleek PVV achteraf. Nu knipt mijn vriendin me. Geen progressieve kapper meer te vinden.
Datzelfde geldt voor mijn motorrrijles. Ik les nu bij een Turk totdat die zijn remigratie naar Ankara geregeld heeft…’
‘Daar zeg je me zo wat. Daarom heb ik nu een andere tandarts genomen. Eentje van de goeie kant. Dat heb ik nagecheckt. Hoe gaat het trouwens op je werk?’
‘Balen. Wat een rechtse praat ‘s middags in het schaftlokaal. Maar ik kan er moeilijk voor weg lopen, anders gaan ze er wat van denken. Dus ik lul maar wat mee.’
‘Wat denken? Wie?’
‘Er zijn verklikkers. Vorige week is er iemand uitgegooid. Hemmert van der Bocht. Hij at nooit witbrood met schaft maar volkorenbrood met rauwkost. Ze zeiden dat hij (fluistert) Groen… je weet wel was.’
‘Links? Belachelijk. Dat meen je niet?’
‘Nou, hij moest bij de baas komen. Wat er gebeurd is weet ik niet maar hij kreeg geen verlenging van zijn contract. En hij werkte nog wel het hardst van allemaal!’
‘Het zijn barre tijden. Zo heb ik mijn abonnement op de Volkskrant opgezegd.’
‘Hmmm, is ook een populistisch blaadje geworden hoor. Ze moeten wel. Lees je die dan niet meer?’
‘Dat wel maar mijn buren hoeven niet te zien dat-ie bij mij in de bus wordt gedouwd. Ik lees hem nu op internet.’
‘Internet? Ook dat is oppassen hoor. Je mailt toch geen rare dingen?’
‘Nou, nu je het zegt, ik mail niks meer thuis sinds dat de AIVD je e-mail adres kan achterhalen.’
‘Nou, oud nieuws dunkt me. Doen ze bij iedereen die niet van de Partij is. Waar mail je dan?’
‘In de mediatheek van de Vrije Avondschool. Daar lees ik de krant ook trouwens. Dat kan daar nog steeds zonder dat ze naar je naam vragen. Maar hoelang dàt nog duurt? In de gewone openbare bibliotheken moet je je legitimeren hoorde ik, met paspoort en lidmaatschaps-chipkaart. Ik zie daar steeds meer bewakers van Securex rondlopen.’
‘Ik weet wat je bedoelt. En wie weet wat ze allemaal wel niet bijhouden. Zo lees ik (fluistert) geen linkse boeken meer van de bieb. Het schijnt dat hun computers worden gecontroleerd door…’
‘Het schijnt? Man je loopt achter! Dat soort boeken verdwijnt momenteel al op topsnelheid uit het assortiment. Ik weet wel een adresje van een alternatieve bibliotheek. Daar lees ik nu zelf een boek van, (fluistert) dat boek heet: ‘Angst voor de vrijheid’ van Erich Fromm. Maar dit is tussen ons hè?’
‘Tuurlijk. Kan jij me helpen aan dat adresje?’
‘Nee, dat niet omdat ze steeds van plek veranderen. Maar bij (fluistert) café ‘De Ruimte’ moet je bij de barman vragen naar Henk. Die helpt je verder. Ze hebben trouwens ook een kelder waar je nog gegarandeerd vrij kan internetten. Maar ik kan je niks beloven. Je moet zelf bewijzen dat je deugt. Hoe, dat merk je wel.’
‘Nou, bedankt voor de tip.’
‘Graag gedaan’.
`En Herman, by the way,(kijkt oplettend rond, fluistert) Weet jij toevallig ook nog waar nog pittige Nederwiet te koop is?’
‘Dan rij je toch gewoon de grens over naar Duitsland? Kan je gelijk wat goeie video’s kopen, als je Duits kan verstaan natuurlijk. Ik spaar momenteel alles van Werner Fassbinder.’
`Is er dan geen grenscontrole? Want de Partij heeft opnieuw douane aan de grenzen gezet.’
`Als je rijdt in een donkerblauwe Landrover of een Audi A-8 met een NL-vlaggetje met wat Afghanistan troepensupport bumperstickers en je er gemillimeterd uitziet en netjes stemmig gekleed bent, blauwe polo bijvoorbeeld, word je zelden aangehouden. Tja, ik kan via een kennis van zo’n auto gebruik maken, die heeft hem in die kleur gespoten, we houden hem op de weg via een verborgen collectief waar ik nu ook lid van ben, kost wel een paar stuivers.’
‘Goh, dat is niet mis. Haha, die Herman, als je niks te vrezen hebt hoef je toch ook niks te verbergen? `k Wil ook best lid worden. Kan ik eens bij je komen videokijken?’
‘Afgesproken. Ik bel je wel. Het codewoord luidt… (fluistert) Als je dat hoort kun je die dag om acht uur ‘s avonds langskomen. Kan ik je ook per video kennis laten maken aan een paar kameraden. We gaan misschien een ontsnappingsactie op touw zetten voor die groep totaalweigeraars in dat containerpark in de haven van Rotterdam. Het lijkt erop dat justitie ze naar een geheim kamp op Curaçao wil verschepen. Zin om mee te doen?’
`Wat weigeren die mensen dan totaal?’
`Weet je dat niet? Ze krijgen nergens een baan en kunnen ook geen kleine ondernemer worden omdat ze niks kunnen lenen. Uitkering krijgen ze niet. Wie nog wel tegenwoordig zonder werken? Dus geven ze alles op, huis, familie, bezit en duiken onder, weigeren elke medewerking aan controle en verdwijnen in de anonimiteit. Ik ken er een, Gijs-Jan, hij woont ergens in een geheime ambulante leefgemeenschap op het platteland, zolang dat nog lukt, hij organiseert de bevrijding van z’n opgepakte maten.’
`Wat moeten die dan op Curaçao?’
` Jij leest ook nìks fatsoenlijks Kees! Ze gaan daar de marinebasis uitdiepen en uitbreiden, voor de Yanks die er liggen, en ze moeten een landingsbaan aanleggen voor transport richting Venezuela. Het wordt gepresenteerd als `Werkverschaffing’ maar deze jongens werken gewoon in een strafkamp. Er zitten er al een paar duizend naar het schijnt.’
‘Je kunt op me rekenen, maar zoiets moet natuurlijk wel goed worden voorbereid.’
‘Dank je, Kees. Ik weet dat je vaak goeie ideeën hebt over organiseren van akties. (Kijkt op horloge) Helaas, ik moet weg, ik moet me om kwart voor zes melden bij Comité Burgerzin in de wijk. Ik kan me niet permitteren weg te blijven.’
‘Nee Herman, in die buurt waar jij woont zeker niet. Luxe wonen in een Vinexwijk is leuk maar het schept wel verplichtingen tegenwoordig. Ze willen er toch een hek omzetten geloof ik, met een slagboom en een wachthuisje bij de ingang? Wordt het niet tijd ergens anders te gaan wonen?’
‘Tja, ík wil wel, maar Tineke wil een veilige omgeving voor de kinderen. Ik vind die bewaking ook onzin maar dat kan ik niet hardop zeggen want de voorzitter van het comité is de zwager van mijn chef en beiden van PVV uiteraard. Ik wil geen gedoe. Als mijn baan op de tocht komt zijn mijn vrouw en kinderen nog verder van huis. Ja toch?’
‘Ik denk nog vaak terug aan de tijden van Kok. Zelfs Balkenende was nog een prettige heilsstaat vergeleken bij deze volksmennerij.’
‘Ssjt.(fluistert) Niet meteen kijken. Maar zie je die vent aan dat tafeltje ginds naast de tap? Die met dat mobiel zit te frunniken? Hij heeft een oortje in. Volgens mij probeert hij dingen op te nemen.’
‘Okee. We gaan. Ik denk dat we voortaan beter ons pilsje ergens anders kunnen drinken.’
‘Best. Ik reken wel af. Blijf jij nog even zitten en lees de Telegraaf of zo, voor de veiligheid.’
‘Ik red me wel. Ajuu Herman’
‘Hoi Kees (fluistert) ik neem contact op.’