Afgelopen week circuleerde er op social media een filmpje waarin de linkse journalist Gary Younge een interview afneemt met Richard Spencer – een leidende figuur binnen de zogenaamde “alt right”-beweging (“alt-right”, ik kan het niet genoeg benadrukken, is gewoon newspeak voor “neo-nazi”). Het gesprek loopt volledig uit de hand. Ik heb veel respect voor Younge en zijn werk. Ik heb zelfs enige waardering voor zijn poging om Spencer te interviewen. Younge uit zijn weerzin tegen het aangaan van een gesprek met deze persoon: “Ik ben van mening dat journalisten normaal gesproken geen zuurstof moeten verspillen aan zo iemand”. Desondanks besluit hij om precies dat te doen – waarmee hij alleen maar bewijst dat zijn aanvankelijke intuïtie juist was.
Laat ik duidelijk zijn: we zouden niet in debat moeten gaan met nazi’s. Niet in de rol van journalist, niet in de rol van beleidsmaker, niet in de rol van activist, leraar, buur of mede-ingezetene van een land. We zouden geen politieke discussies met hen aan moeten gaan, punt uit. Maar wat nou juist zo mooi is aan Younge’s poging tot een interview met Spencer is dat het scherp aantoont waarom niet.
(Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: Doorbraak