Onderstaand bericht werd overgenomen met toestemming van de auteur, voormalig Krapuul redacteur Bart Voorzanger, en verscheen eerder op zijn eigen site.
vrijdag, 10 december 2010
’t Was even stil hier. Ik las De Islam – kritische essays over een politieke religie, een dikke bundel (bijna achthonderd pagina’s, meer dan dertig auteurs) aanklachten tegen een godsdienst die, zo lijkt de boodschap, uit is op wereldheerschappij, en daarbij enthousiast over lijken gaat.
’t Hele boek kwam ik niet door; ik ben op blz. 491 blijven steken. Erg is dat niet. De stukken staan in willekeurige volgorde (alfabetisch op auteur) dus ik heb een aardig aselecte steekproef gelezen. Bovendien was van onderling overleg – ‘als jij dit bespreekt, behandel ik dat wel’ – geen sprake, dus komt er steeds meer terug dat eerder ook al langs kwam. Wat de tweehoofdige redactie wel bijdroeg is onduidelijk.
De schrijvers van De Islam hebben één ding gemeen: de heilige overtuiging dat de islam een acute bedreiging van het vrije westen vormt en dat de ontkenning daarvan culturele zelfmoord betekent. Ze proberen ons daarvan te doordringen met een overdonderend gedetailleerde veelheid aan gruwelverhalen. We lezen over de leugens en moordpartijen waarmee Mohamed de macht in Mekka verwierf, het woeste geweld waarmee zijn volgelingen een kleine generatie later een wereldrijk smeedden, de wrede slachtpartijen waarmee nog weer later het Indiase schiereiland werd geïslamiseerd, de eeuwig weerkerende stroop- en veroveringstochten door de noordelijke helft van Afrika en Oost- en Zuid-Europa, en over sharia en djihad.
Wie daar de vele, al even rauwe wordingsgeschiedenissen van andere wereldrijken, ‘onze’ koloniale oorlogen, slavenhandel, genocide, Wereldoorlogen, steun aan moorddadige dictaturen en gemilitariseerde energiepolitiek, en ‘onze’ pogroms en ketterverbrandingen tegenover stelt, wordt – in vrijwel elk hoofdstuk opnieuw – met hoongelach begroet. Dát zijn typisch argumenten van islamofiele dhimmi’s zonder enig gevoel van verantwoordelijkheid. Oké, dat punt is duidelijk. Nu de tegenargumenten nog.
’t Is niet dat de schrijvers van De Islam ontkennen dat ook anderen zich aan veel kwalijks schuldig maakten, alleen zij hameren op een wezenlijk verschil dat die anderen in hun naïviteit maar steeds negeren: christenen misdragen zich ondanks hun vreedzame religie; moslims moorden, roven, bedriegen (zeker, ook de taqiyya komt weer langs) en onderdrukken omdat ze dat moeten van hun geloof. Nu maar hopen dat de slachtoffers dat verschil beseften alvorens de geest te geven, denk ik dan even.
’t Is duidelijk dat moslims zich de eeuwen door net zo hebben gedragen als willekeurig wie anders, en het is goed dat te weten. ’t Is een mooi en vaak verteld verhaal dat islam dezelfde wortel heeft als salam, vrede, maar de suggestie dat de islam dé godsdienst van de vrede is, snijdt weinig hout. Alleen, het tegenovergestelde is al even onzinnig. Als er zulke grote verschillen zijn tussen de boodschap van de islam en de boodschap van het christendom (of welk ander geloof, met inbegrip van het in het westen nu even prominente agnostisch liberalisme, dan ook), terwijl hun aanhangers zich sinds jaar en dag in vergelijkbare omstandigheden vergelijkbaar gedragen, dan dringt zich één conclusie op: kennelijk wordt ons gedrag niet of nauwelijks door ons geloof bepaald. En dat is misschien maar goed ook.
West-Europa heeft voor het eerst een niet te verwaarlozen islamitische minderheid, en dat zal (alle van elk statistisch inzicht gespeende paniekverhalen over een demografische tijdbom in De Islam ten spijt) nog lang zo blijven. ’t Is even zoeken naar een nieuwe modus vivendi.
De vraag is wellicht: hoe vinden we die (voor zover die niet, als zoveel zegenrijks, vanzelf wel ontstaat)? Daarover in De Islam geen woord. En ook dat is misschien maar goed. De auteurs van dit boek zijn te zeer verblind door angst voor de islam en woede om wie die angst maar niet wil delen – en te zeer overtuigd van het eigen calimero-gelijk – om ooit met zinnig beleid te kunnen komen (en als gezegd, het is maar de vraag of we dat nodig hebben; met enig geduld komt je soms een eind).
Aanvankelijk gaf De Islam me een ongemakkelijk gevoel. Zou ik mijn optimisme over de mogelijkheid van een vredig samenleven met Europese moslims moeten herzien? Maar ik wacht nog even. Er staan in deze bundel een paar historische en theologische overzichten die informatief zijn (voor zover ze juist zijn – dat moeten de deskundigen maar uitmaken) maar wat die ons over moslims leren is toch vooral dat het gewone mensen zijn. De rest is een mengsel van autobiografische notities waaruit á la Hirsi Ali het wezen van een complete wereldgodsdienst wordt afgeleid, pseudo-filosofische gebabbel á la Afshin Elian, en selecties á la Wilders van uit hun context gelichte ‘vreselijke’ korancitaten. En als je als nog niet geheel bekeerde lezer voor de vijftiende keer voor dhimmi wordt uitgemaakt en voor de vijftiende keer de riedel over door perfide moslims misleide westerlingen zoals jij over je heen krijgt, begint dat heel bevrijdend, om niet te zeggen lachwekkend, te werken.
Kortom: een boek om ooit nog eens een bloemlezing van informatieve stukjes uit te halen. ’t Zal de dikte van een Donald Duck niet ver te boven gaan. Alleen, zonder redactie gaat dát niet lukken.
De mensen die beweren dat “de Islam” ons gaat veroveren kunnen niet uitleggen hoe dit dan gaat werken. Islamitische landen in het Midden Oosten houden ter nauwernood de eigen bevolking onder de duim. Het best bewapende land was Irak en daar werd op het slagveld door de VS tot twee keer toe de vloer mee aangeveegd.
Dat Moslims ons er uit gaan fokken gaat evenmin op. Dat wordt dit niet ondersteund door geboorte en migratiecijfers
De Islam zou ons ook niet veroveren als het aantal Moslims wel steeg naar 20%-30% van de bevolking in tien jaar zoals de pessimisten beweren. In de eerste plaats waren niet-Moslims dan nog altijd de meerderheid. Ten tweede wil het merendeel van de Moslims in het Westen helemaal niet in een Islamitisch theocratisch land wonen laat staan dat ze een burgeroorlog willen. Ten derde zou een dergelijke burgeroorlog gewoon door de minderheid worden verloren.
Mensen die panisch zijn voor de Islam kunnen niet uitleggen hoe de Islamisten ons zou kunnen overnemen op een realistische manier.
#1 Sofia, klopt, de bangerds zijn net als kippen. Moet je zien wat er gebeurt in een kippenhok als je er iets vreemds in zet. Alle kippen overstuur en gelijk van de leg. Kortom, kippenbreinen die mensen. Niet voor niks hebben we een mooi spreekwoord: angst is een slechte raadgever. Zou willen dat meer mensen zich die zouden herinneren.
@ Keira
De beste manier om angst te bezweren is ernaar te kijken en vast te stellen wat wel en niet klopt.
Ik was een tijd lang vrij Islamofoob. Dat werd minder toen ik kritisch ging nadenken over waar ik nou eigenlijk bang voor was en hoe groot de kans was dat bepaalde angsten zouden worden bewaarheid.
Wim van Rooy, Sam van Rooy; Machteld Allan, Hafid Bouazza, Carel Brendel, Ronald Commers, Eddy A.M. Daniëls, Jos De Man, Afshin Ellian, Koenraad Elst, M. S. H. Frankenvrij, Frans Groenendijk, Remi Hauman, Michiel Hegener, Mat Herben, Raymond Ibrahim, Ehsan Jami, Hans Jansen, Efraim Karsh, Amanda Kluveld, Wim Kortenoeven, David Littman, Michael Mannheimer, Johny Messo, Nahed Selim, Nicolai Sennels, Matthias Storme, Marc Vanfraechem, Joos Vermeulen, Ibn Warraq, Yvonne Waterman, Bat Ye’or
De lijst van medewerkenden aan het onderhavige boek.
Amanda doet mee!. Amanda weet werkelijk alles over werkelijk alles. Geen wonder dat dit genie een prachtige column vol schitterende ideeën in de kwalitetskrant De Volkskrant heeft.
Ook de rest van de contribuanten zijn fameus in het wereldje van arabisten en islamologen.
Knap van Voorzanger dat hij er überhaupt aan begonnen is. Voor zoveel te verwachten eruditie en genialisteit zou ik bij voorbaat in ontzag teruggeweken zijn.