De auteur kent het recht niet

Reactie op Wanneer wordt Geert Wilders tot de orde geroepen?

Schorsingen zijn er om overleg tussen raadsman en zijn cliënt mogelijk te maken. Er is vandaag dus niet overlegd tijdens de zitting.

Een verdachte behoeft niet aanwezig te zijn op de zitting en mag zich laten vertegenwoordigen door zijn raadsman. Het behoort tot de discretionaire bevoegdheid van de rechtbank om de verdachte op te roepen. De rechtbank heeft dat in deze zaak niet nodig geacht.

De auteur stelt dat de rechtbank moet verbieden dat de raadsman en zijn cliënt overleg hebben tijdens een schorsing. Dat zou een schending van een grondrecht zijn, namelijk art. 6 lid 3 sub c EVRM (toegang tot een advocaat).

Het is vrij onzinnig te stellen dat de verdachte de zitting zou beïnvloeden.

De auteur trekt een nogal grote broek aan over het ondermijnen van de rechtsstaat en draagt tegelijkertijd suggesties aan die juist strijdig zijn met de rechtsstaat. Een ding is duidelijk: de auteur heeft werkelijk niets begrepen van de rechtsstaat of het strafprocesrecht.