Een van de beroemdste en wat mij betreft mooiste momenten uit de sportgeschiedenis speelde zich af tijdens de Olympische Spelen van 1968 in Mexico. Op 16 oktober won de Amerikaan Tommy Smith de 200 meter voor mannen. Tweede werd de Australiër Peter Norman en derde de Amerikaan John Carlos. Toen tijdens de huldigingsceremonie het Amerikaanse volkslied werd gespeeld, bogen beide atleten het hoofd en brachten ze met gebalde vuist de Black Power groet, een zelfs voor de rumoerige jaren ’60 ongehoorde daad.
De toenmalige voorzitter van het IOC, de oude nazi Avery Brundage, nam Smith en Carlos hun protest niet in dank af. Brundage eiste dat beide mannen uit het Amerikaanse team gezet zouden worden. Toen het Amerikaanse Olympische comité dat weigerde, dreigde Brundage het gehele Amerikaanse team uit te zullen sluiten van verdere deelname aan de OS. De Amerikanen bezweken onder de druk en zetten Smith en Carlos alsnog uit het team.
Peter Norman verklaarde zich solidair met zijn Amerikaanse collega’s, wat hem in Australië op forse kritiek kwam te staan. Ondanks het feit dat hij zich eenvoudig kwalificeerde voor de Olympische Spelen van 1972 in München, weigerde het Australische Olympische Comité hem te nomineren. Toen hij in 2006 overleed, droegen Tommy Smith en John Carlos de kist.
“If I win, I am American, not a black American. But if I did something bad, then they would say I am a Negro. We are black and we are proud of being black. Black America will understand what we did tonight.” – Tommy Smith