Naast de raadadviseur van Rutte – die volgens laatstgenoemde zijn kennis niet deelde met de minister-president – wisten nog vier ambtenaren bij Algemene Zaken van het precieze bedrag dat (destijds) zijne excellentie Teeven in een eerdere functie aan de onderwereld had geschonken (“het bonnetje”).
Ik weet inmiddels wie die vier ambtenaren zijn. Het zijn precies de mensen die de hele kwestie maximaal gevoelig maken voor de geloofwaardigheid van Rutte. Zijn raadadviseur stuurde de mail namelijk behalve aan diens persoonlijke medewerker ook door aan de drie allerbelangrijkste mensen in de ambtelijke inner circle van de premier: de plaatsvervangend secretaris-generaal, zijn persoonlijk politiek assistent en de directeur-generaal van de Rijksvoorlichtingsdienst.
Plaatsvervangend secretaris-generaal Bart van Poelgeest is inhoudelijk gezien een van de belangrijkste ambtenaren in dit dossier. Hij begeleidde de premier bijvoorbeeld ook bij de formele gesprekken die Rutte met de commissie-Oosting voerde. Rutte’s politiek-assistent Sophie Hermans – momenteel kandidaat-Kamerlid voor de VVD – wordt bij alle gevoelige zaken voor de premier betrokken. Maar ook de baas van de Rijksvoorlichtingsdienst, Stephan Schrover, kreeg de mail op zondagavond 8 maart. Nog voordat het bonnetje gevonden was.
Bas Haan aan het woord, de man die met zijn boek Van der Steur tot val wist te brengen – een journalist die gewoon zijn werk doet, iets zeer zeldzaams intussen in Nederland.
“Sophie Hermans” – jawel hoor, dochter van de smadelijk verjaagde ex-minister en fractievoorzitter in de Eerste Kamer, commissariatenstapelaar eerste klas De VVD is een familieonderneming.
Maar dit terzijde. Moet het ook een terzijde zijn dat het toch wel zeer eigenaardig zou zijn als Rutte zelf niet op de hoogte was van wat zijn entourage wel wist?