Twee naast elkaar liggende uitgespreide vuilniszakken – het moest dienen als een soort gebedsmat voor de schoonmaker die het middaggebed wilde doen, in afzondering op een kleine kamer die hij ook schoon zou moeten maken. Geen idee wat ik op die kamer te zoeken had maar de gegeneerdheid dat ik de man stoorde in zijn toch al onwaardig vormgegeven godsdienstige bezigheid voel ik nog steeds. Ik kon mij niet eens excuseren want dat zou nog storender zijn geweest.
————–
Wanneer liepen ze? Ik moet nog naar de Nederlandse televisie gekeken hebben dus het zou wel eens knap lang geleden kunnen zijn. Er zijn fora waarover er vragen gesteld worden die niet beantwoord worden. Bij mij is het ook een weggedrukte herinnering die bovenkwam toen iemand het noemde.
Een televisiespotje waarbij een gekleurd hoofd voorovergebogen boven een tafel bezig is wit poeder fijn te maken. En dan een wijdere cameravoering zodat de context van de handeling duidelijker wordt: als je verder kijkt zie je een apothekersassistent.
Dit moet ook dienstig zijn voor de nadere datering, want apotheken zijn inmiddels doorgeefloketten voor de farmaceutische industrie geworden. Zelf medicijnen bereiden is er niet meer bij.
Een ander spotje in deze serie laat een besnorde man vooroverbuigen, op de achtergrond hoor je klanken die de doorsnee autochtoon geacht wordt als gejengel te beschouwen. Als je verder kijkt zie je – een tegelzetter.
Stel je voor dat die man zich inderdaad buigt in gebed.
Het volksche anti-islamgevoel is niet iets van de laatste tien jaar of zo. Maar we kunnen de vraag hier ook even opwerpen: wie zond dit uit en wanneer? Het waren nog tijden waarin van hogerhand gemaand werd niet meteen in een racistische kramp te schieten. Kom daar nu eens om…
———-
De drie meiden zijn druk in gesprek en trekken zich nauwelijks iets aan van mijn aanwezigheid. Ze hebben mooi lang, zwart sluik haar, zodat ik hun ouders of voorouders in de Turkse Republiek kan plaatsen. Twee dragen een minijurk, de derde een kort spijkerrokje. Als ik ook een jaar of zeventien, of wat ouder, zou zijn geweest zou ik zeker mijn ogen niet van hen hebben kunnen afhouden en misschien hun aandacht willen hebben. Nu ben ik ongewild luisteraar en indringer in hun gesprek, over de loopband van de kassa heen.
“[Die-en-die] homo?” “Ja, echt waar! Niets mee te beginnen.” Het is te merken dat de besproken jongeman begeerlijk gevonden wordt maar dat hij de meisjes niet de aandacht geeft die hun toekomt. Dat kun je zo hebben.
Toch betreurenswaardig dat hij homo is…
Wie niet verder kijkt kan weer eens een verhaal over “islamitische homohaat” ophangen. Maar zo zit het natuurlijk niet.
Toch schiet dit mij dan te binnen. Wie verder kijkt ziet gewoon meiden die aandacht willen.
Toen “politiek correct” ongeveer een plicht was ergerde dit mij. Soms betrap ik mij er nu op dat ik er naar terugverlang.
Die reclames zijn van niet langer dan een dikke tien jaar geleden, meen ik. Ik herinner me die tegelzetter inderdaad.