De moorden in de Palestijnse kampen Sabra en Chatila in Beiroet zijn vandaag, morgen en overmorgen 35 jaar geleden. Israel houdt vol dat er ongeveer 800 slachtoffers bij vielen. Anderen stellen dat Israel de lijken die intussen waren begraven niet heeft meegeteld. Zij kwamen tot 3000 of 3.500 dode vrouwen, kinderen en ouden van dagen. Het juiste getal zullen we nooit weten.
Nog steeds zijn er mensen die zeggen dat het Libanese christenen waren die de moorden pleegden en dat ”Joden de schuld kregen” (terwijl de Israeli’s alleen ”medeschuldig” waren). Dat komt door een Israelische onderzoekscommissie, de Commissie Kahane, die in feite een witwascommissie was, Israel alleen ”medeplichtigheid” verweet. In werkelijkheid stuurde Israel, nadat het ondanks uitdrukkelijke afspraken met de Amerikanen alsnog West Beiroet had bezet, onder leiding van de latere Israelische premier Ariël Sharon zijn falangistische bondgenoten en het Israelische vazallenleger van Haddad uit Zuid Libanon de kampen in.
Daar verrichtten die troepen in opdracht het moordwerk, terwijl Israelische militairen de kampen zolang van de buitenwereld afsloten,vluchtende families terugstuurden en de falangisten bulldozers leenden om (een deel van de) doden te begraven in massagraven. Ook lichtten de Israeli’s de moordenaars ’s nachts bij met fakkels. Zij volgden het gebeuren nauwkeurig, zoals ikzelf in 1982, twee dagen later vanaf een voormalige Israelische uitkijkpost kon constateren.In 2012 scheef ik dit langere stuk met de nodige verwijzingen. Sabra en Chatila was één van de vele uitwassen in het conflict met de Palestijnen. Het was een Israelische misdaad die we nooit mogen vergeten.
– Eerder verschenen bij Abu Pessoptimist