Kort achter elkaar overleden de afgelopen weken twee grote namen van de discovloer – een wit en een zwart, Robin Gibb en Donna Summer.
De BBC, ongeveer de enige televisiezender waar ik (wel eens) naar kijk, vond het aanleiding de muziek met de vocalisten nog eens uitgeleide te doen. Daarbij viel mij vooral op dat Donna Summer zo’n beetje als het begin van de disco werd afgekondigd. Of George McRae met zijn Rock your baby. Mediagestuurde herinneringsoperatie (makkelijk voor degenen die het niet bewust hebben meegemaakt). Maar zo eenvoudig ligt het niet.
Give me your love, Barbara Mason
Is dit funk of is het disco? Doet het er eigenlijk toe? Barbara Mason heeft haar mooie breekbare Yes I’m ready nog eens overgedaan met lang gehijg en gesteun – voor de zekerheid: de titel verwijst ernaar dat zij gereed is om lief te hebben. In 1965 was zij dat volgens de remake eigenlijk niet, in 1973 wel. Ik ben zo vrij hier een andere mening over te hebben, ik heb altijd een hekel gehad aan die overgedane versie, maar het gaat er nu om: wat presenteren wij als “disco”, waar begint het, waar eindigt het? Hoort de Philly Sound er bij? Waar is het verschil tussen funk en disco – het is niet zo gemakkelijk te zeggen als het op het eerste gezicht of gehoor lijkt.
Enfin, oordeel zelf
You+me=Love, Undisputed Truth
Mumia Abu Jamal ziet hier met zwart-Amerikaanse bril de disco als het einde [mp3] van funk en van de kansen voor veel zwarte artiesten. En de speciale geniepige apartheid bestaat voort.
Waar de BBC wel op wees, iets wat Europeanen ontgaan is in zijn tijd: de openbare verbranding van discoplaatjes door een angstwekkend witte meute, door Nile Rodgers beschreven als een anti-zwarte, anti-vrouwelijke en anti-gaye actie. Alles op een rijtje en het zou nooit beter worden.
Net als house is disco oorspronkelijk doorgebroken in de gay scene, zeker in de Verenigde Staten. En dan werd (wordt) het gemaakt door zwarte artiesten of door gemengde bands (K.C. and the Sunshine Band als bekendste act).
Aan de Europese zijde zijn de reacties verschillend. In Groot-Brittannië was er een uitgebreide dansscene die door de dominante media eenvoudigweg zo goed als geheel genegeerd werd. De scene had ook een duidelijke klassekleur – iets wat in Nederland meestal minder duidelijk herkenbaar is. De arbeidersjeugd wilde niet met een rokertje in de kussens hangen en wegtrippen bij te gekke weetjewel-muziek. R&B en soul waren en bleven de muziek voor de dansvloer, en het werd een sport zo onbekend mogelijk materiaal te gebruiken om de vloer te vullen. Northern Soul heet deze dansmuziek, omdat het in het door het dominante zuiden verachte Noorden (van Engeland, inclusief geheel Wales, Schotland en Noord-Ierland) opgang maakte. Voor de Media bestond het niet. Toen ik het genre ontdekte bleken er allerlei “geheime” geliefde R&B-nummers bij te horen, een klein decennium later. Zoals deze.
What kind of fool do you think I am?, Dixie Cups
In Nederland gold disco “natuurlijk” ook als domme dansmuziek. Omdat het bloed kruipt waar het niet gaan kan heb ik in die swingende jaren zeventig op een feestje ongelogen dan maar zien dansen op Don McLean… Doordachte Muziek. Weet je wel.
En toen het hippiedom de vuilnisbak inmoest van de nieuwe gestudeerde “generatie” (jaargangen zijn betere termen in dit verband) was wat voor punk doorging het doordachte en pas echt opstandige genre. Het is niet zwart, gay of vrouwelijk, hoor, disco. Het is gewoon – eh, zo dom. En vast wel rechts.
Voor deze zaterdag dan ook mijn dierbaarste nummer uit het genre.
Responsibility to me is a tragedy
I’ll get a job some other time.
Lost in music, Sister Sledge
Gunst, zou ik niet Donna Summer en Robin Gibb uitluiden, in plaats van zo uit de kast te komen?