“Laat ze maar werken voor hun uitkering, anders zitten ze toch maar op de bank!” Maar al te vaak lees je dit soort reacties als eens een keer een dwangarbeidsituatie in de media komt. De mensen die zo reageren, denken dat zij nooit werkloos zullen worden en in de bijstand zullen komen. Speciaal voor hen is het aan te raden om te lezen hoe vier Friezen het ervaren aan de dwangarbeid gezet te worden.
[one_third last=”no”]Doorbraak verzet zich tegen dwangarbeid voor uitkeringsgerechtigden, en probeert de ervaringen en het verzet van de dwangarbeiders op te tekenen.
Eerder kwamen al verhalen naar buiten uit: – Amsterdam Wil je ook je verhaal kwijt? Mail dan naar dwangarbeid@doorbraak.eu. We kennen uit eigen ervaring de repressieve sfeer die er kan heersen op en rond de dwangarbeidplaatsen. Daarom brengen we vanzelfsprekend alleen verhalen naar buiten waar jij expliciet toestemming voor geeft. |
Een zestigjarige krijgt een “uitnodiging” om naar een dwangarbeidlocatie van Empatec-Pastiel te komen. Hij schrijft: “De opstelling van deze brief was dreigend en zeer onbeschoft. Deze brief wekt zoveel woede en frustratie op dat het gevoel ontstaat dat, wanneer je in de omstandigheden verkeert dat je een uitkering aan moet vragen, iets dat naar mijn idee niemand graag doet en zeker niet als je veertig jaar trouw dienst geleverd hebt, je ook nog eens gezien wordt als een nietsnut, een profiteur. Het gevoel van eigenwaarde dat al aangetast is, wordt door het aanspreken van een recht, namelijk het recht op een uitkering, hierbij volledig ondermijnd.”
En verder: “Dat je totaal geen rechten meer hebt, blijkt wel uit de ‘tien verordeningen’ die men erbij heeft gevoegd. Er wordt niet gelet op leeftijd, arbeidsverleden en opleiding. Met andere woorden, je bent geen knip voor de neus waard! Je komt en wordt voor vier weken aan het werk gezet, zonder enige ‘intake’ of kennismakingsgesprek voor de startdag. Met 25-30 mensen een rondleiding door het gebouw waar ze nog midden in de verbouwing zitten. Wat opviel is dat het gebouw nog niet geschikt is om mensen te herbergen (bijstands- en uitkeringsgerechtigden natuurlijk wel). In het gebouw, waar toch veel mensen aanwezig zijn, is er 1 toilet voor de vrouwen en 1 toilet voor de mannen. Het was er niet schoon en het lijkt mij onvoldoende. Daarna kwamen we in een zeer lawaaiige hal waar een grote lange tafel stond waar al een boel mensen aan het werk waren om mandjes in te pakken. Midden in die hal aan de zijkant was een glazen hok waar de ‘slavendrijvers’ (toezichthouders) zitten om de mensen in de gaten te houden. Deze vorm van ‘dwang’arbeid wordt blijkbaar als werk gezien om je zo snel mogelijk aan een passende baan te helpen, dacht ik. Dit betekent dus dat ik na veertig dienstjaren op een volslagen respectloze manier aan het werk gezet word en mandjes in mag gaan pakken om werkervaring op te doen.”
Ritme opdoen
Machteld van 55 jaar verdient niet meer genoeg met haar betaalde werk en vraagt daarom een aanvullende uitkering aan. Ze moet ook naar zo’n dwangarbeidlocatie. “De werktijden zouden van 8:00 tot 16:30 uur vier dagen per week zijn, gedurende vier weken, met als belangrijkste doel om werkritme op te doen.” De eerste reactie van Machteld was er een van verbazing die binnen enkele minuten omsloeg in boosheid en een gevoel van niet serieus genomen worden en van vernederd worden. In een telefoongesprek met de organisatie laat Machteld weten dat ze een individu is met een persoonlijk verhaal en dat een en ander afgestemd behoort te worden op haar situatie, zoals op het feit dat ze al een baan heeft. Binnenkort volgt een gesprek, maar ze is telefonisch al gewaarschuwd dat ze “niet moet denken er zonder productiewerk vanaf te komen”.
Toch zijn een paar van deze vier mensen voorlopig niet echt aan de dwangarbeid gezet doordat ze een gesprek hadden aangevraagd of zich ziek meldden. Het FSU stuurde hun verhalen naar raadsleden, ter informatie. De organisatie waarschuwde overigens jaren geleden al voor het moment dat uitkeringsgerechtigden verplicht te werk zouden worden gesteld “met behoud van uitkering”. Het FSU maakte die situatie destijds zichtbaar en voelbaar door op het Waagplein in Leeuwarden vrijwilligers te laten bezemen en schoffelen, in een kooi van getraliede hekwerken. Vertegenwoordigers van gemeenten reageerden verontwaardigd op de actie: zo zouden ze nooit omgaan met hun werkzoekende burgers! Hoe wrang de realiteit vandaag de dag…
Dit artikel is in zijn geheel gebaseerd op informatie van FSU.
Verscheen eerder op doorbraak.eu. Auteur: Jeroen Breekveldt
Zolang ambtenaren het lef hebben om mensen welke terugkwamen uit concentratiekampen boete’s en aanslagen op te leggen wegens niet betalen van o.a. erfpacht aan de gemeente ( Amsterdam 1940-1945) zolang verbaas ik mij helemaal niet meer over de mentaliteit van een gedeelte van het ambtenarenDOM!